Narcis in het Engels vertaald uit het Nederlands

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor narcis (Nederlands) in het Engels

de narcis
the daffodil; the narcissus
- daffodil [the ~] zelfstandig naamwoord
- narcissus [the ~] zelfstandig naamwoord

narcis

noun

plantkunde|nld Narcissus, een geslacht van bolgewassen uit de narcissenfamilie
- narcis → daffodil

narcis

noun

any of several bulbous flowering plants, of the genus Narcissus
- narcissus → narcis
flower
- daffodil → narcis

Cross Translation:

From	To	Via
• narcis	→ narcissus; daffodil	↔ narcisse — fleurs\|fr genre de plante bulbeux monocotylédone, de la famille des amaryllidacées (amaryllidaceae) dont l’amaryllis est le type et dont les fleurs ont une couronne.