Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. ontfermen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ontfermen (Nederlands) in het Engels

ontfermen:

ontfermen werkwoord (ontferm, ontfermt, ontfermde, ontfermden, ontfermd)

  1. ontfermen
    to take pity
    • take pity werkwoord (takes pity, took pity, taking pity)

Conjugations for ontfermen:

o.t.t.
  1. ontferm
  2. ontfermt
  3. ontfermt
  4. ontfermen
  5. ontfermen
  6. ontfermen
o.v.t.
  1. ontfermde
  2. ontfermde
  3. ontfermde
  4. ontfermden
  5. ontfermden
  6. ontfermden
v.t.t.
  1. heb ontfermd
  2. hebt ontfermd
  3. heeft ontfermd
  4. hebben ontfermd
  5. hebben ontfermd
  6. hebben ontfermd
v.v.t.
  1. had ontfermd
  2. had ontfermd
  3. had ontfermd
  4. hadden ontfermd
  5. hadden ontfermd
  6. hadden ontfermd
o.t.t.t.
  1. zal ontfermen
  2. zult ontfermen
  3. zal ontfermen
  4. zullen ontfermen
  5. zullen ontfermen
  6. zullen ontfermen
o.v.t.t.
  1. zou ontfermen
  2. zou ontfermen
  3. zou ontfermen
  4. zouden ontfermen
  5. zouden ontfermen
  6. zouden ontfermen
diversen
  1. ontferm!
  2. ontfermt!
  3. ontfermd
  4. ontfermend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor ontfermen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
take pity ontfermen meeleven; meevoelen