Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. onthaal:
  2. onthalen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onthaal (Nederlands) in het Engels

onthaal:

onthaal [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het onthaal (ontvangst)
    the treat
    • treat [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor onthaal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
treat onthaal; ontvangst feest; festijn; partij; partijtje; party; traktatie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
treat behandelen; bejegenen; feestelijk onthalen; fuiven; fêteren; onder behandeling nemen; trakteren; uitdelen; vergasten op; verzorgen

Verwante woorden van "onthaal":


onthalen:

onthalen werkwoord (onthaal, onthaalt, onthaalde, onthaalden, onthaald)

  1. onthalen (ontvangen; binnenhalen; vergasten)
    to welcome; to regale; to entertain
    • welcome werkwoord (welcomes, welcomed, welcoming)
    • regale werkwoord (regales, regaled, regaling)
    • entertain werkwoord (entertains, entertained, entertaining)

Conjugations for onthalen:

o.t.t.
  1. onthaal
  2. onthaalt
  3. onthaalt
  4. onthalen
  5. onthalen
  6. onthalen
o.v.t.
  1. onthaalde
  2. onthaalde
  3. onthaalde
  4. onthaalden
  5. onthaalden
  6. onthaalden
v.t.t.
  1. heb onthaald
  2. hebt onthaald
  3. heeft onthaald
  4. hebben onthaald
  5. hebben onthaald
  6. hebben onthaald
v.v.t.
  1. had onthaald
  2. had onthaald
  3. had onthaald
  4. hadden onthaald
  5. hadden onthaald
  6. hadden onthaald
o.t.t.t.
  1. zal onthalen
  2. zult onthalen
  3. zal onthalen
  4. zullen onthalen
  5. zullen onthalen
  6. zullen onthalen
o.v.t.t.
  1. zou onthalen
  2. zou onthalen
  3. zou onthalen
  4. zouden onthalen
  5. zouden onthalen
  6. zouden onthalen
en verder
  1. ben onthaald
  2. bent onthaald
  3. is onthaald
  4. zijn onthaald
  5. zijn onthaald
  6. zijn onthaald
diversen
  1. onthaal!
  2. onthaalt!
  3. onthaald
  4. onthalend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor onthalen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
welcome begroeting; borrel; groet; informele receptie; instuif; receptie; saluut; verwelkoming; welkom; welkomstgroet; welkomstgroeten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
entertain binnenhalen; onthalen; ontvangen; vergasten verlustigen
regale binnenhalen; onthalen; ontvangen; vergasten feestelijk onthalen; fuiven; fêteren; lekker eten; savoureren; smikkelen; smullen; trakteren
welcome binnenhalen; onthalen; ontvangen; vergasten begroeten; gedag zeggen; groeten; verwelkomen; welkom heten
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
welcome geziene; welkom; welkome
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
welcome welkom

Verwante woorden van "onthalen":


Wiktionary: onthalen

onthalen
verb
  1. iemand gastvrij verwelkomen
onthalen
verb
  1. To provide a meal and entertainment