Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. ontsluiting:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ontsluiting (Nederlands) in het Engels

ontsluiting:

ontsluiting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de ontsluiting (openlegging; ontsluiten)
    the disclosure; the dilatation; the opening

Vertaal Matrix voor ontsluiting:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dilatation ontsluiten; ontsluiting; openlegging het groter worden; uitzetten; vergroting; wijd worden
disclosure ontsluiten; ontsluiting; openlegging onthulling; openbaarmaking; openbare publicatie; openbaring; publicatie; publikatie; uitgave; uitgifte; verrassende ontdekking
opening ontsluiten; ontsluiting; openlegging aanvang; afzetgebied; afzetmarkt; barst; begin; bijt; gat; groef; inkeping; inzet; kloof; opening; openmaken; openstelling; reet; scheur; spleet; split; start; tussenruimte; uitsparing; wak
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opening inleidend; introducerend; voorafgaand; voorgaand

Verwante woorden van "ontsluiting":