Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. op elkaar stoten:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor op elkaar stoten (Nederlands) in het Engels

op elkaar stoten:

op elkaar stoten werkwoord

  1. op elkaar stoten (botsen; stoten op; aanrijden; op elkaar knallen)
    to collide; to crash; to bump up against; to bump into; bang into
    • collide werkwoord (collides, collided, colliding)
    • crash werkwoord (crashes, crashed, crashing)
    • bump up against werkwoord (bumps up against, bumped up against, bumping up against)
    • bump into werkwoord (bumps into, bumped into, bumping into)
    • bang into werkwoord

Vertaal Matrix voor op elkaar stoten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crash aanrijding; aanvaring; afname; barst; beurskrach; botsing; breuk; collisie; crash; daling; debacle; dreun; ineenstorting; ineenzakking; instorting; klap; knal; krach; krak; kwak; minder worden; scheur; smak; terugloop; val; vastloper
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bang into aanrijden; botsen; op elkaar knallen; op elkaar stoten; stoten op binnenrammen; tegen het lijf lopen
bump into aanrijden; botsen; op elkaar knallen; op elkaar stoten; stoten op opbotsen; tegen het lijf lopen
bump up against aanrijden; botsen; op elkaar knallen; op elkaar stoten; stoten op
collide aanrijden; botsen; op elkaar knallen; op elkaar stoten; stoten op
crash aanrijden; botsen; op elkaar knallen; op elkaar stoten; stoten op crashen; ineenstorten; instorten; ontbinden; rotten; vastlopen; vergaan; verongelukken; verrotten; verteren; wegrotten

Verwante vertalingen van op elkaar stoten