Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. opmars:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opmars (Nederlands) in het Engels

opmars:

opmars [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de opmars (voortgang)
    the advance; the march; the military walking

Vertaal Matrix voor opmars:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
advance opmars; voortgang aantocht; avance; kasvoorschot; rijzing; toenadering; voorschot
march opmars; voortgang expeditie; mark; mars; reis; rit; tocht; toer; trektocht
military walking opmars; voortgang
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
advance avanceren; bevorderd worden; bevorderen; duwen; helpen; hogerop komen; naar voren plaatsen; naderen; opmarcheren; oprukken; opschuiven; promoten; promoveren; tegemoetkomen; toenaderen; vervroegen; voorschieten; voorschuiven; vooruitschuiven; voorwaarts gaan; vroeger uitvoeren dan gepland; zich opwerken
march manoeuvreren; marcheren