Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. opstelling:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opstelling (Nederlands) in het Engels

opstelling:

opstelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de opstelling (rangschikking; arrangement; indeling; schikking; ordening)
    the arrangement; the classification; the disposition; the ranging; the position; the marshalling

Vertaal Matrix voor opstelling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrangement arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking arrangement; assemblage; assembleren; indeling; instrumentatie; montage; ordenen; orkestratie; plaatsing; regeling; samenstelling; samenvoeging; schikken
classification arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking categorie; classificatie; karakterisering; klasse; klassement; klassenindeling; klassenverdeling; klassering; rangschikken; rangschikking; typering
disposition arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking aard; confessie; geaardheid; geloof; geloofsovertuiging; gemoed; gemoedsaard; gemoedsgesteldheid; gezindheid; gezindte; inborst; inslag; karakter; mentaliteit; natuur; overtuiging; temperament; vaststaande mening; vurigheid
marshalling arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking
position arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking ambt; baan; betrekking; bewering; dienstbetrekking; functie; gesteldheid; gezichtshoek; gezichtspunt; houding; invalshoek; job; klasse; ligging; maatschappelijke klasse; oogpunt; orde; perspectief; positie; rang; slag; staat; stand; stand van het lichaam; standpunt; standpuntbepaling; stellingname; thema; toestand; zienswijs
ranging arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
position plaatsen; positioneren; zetten

Wiktionary: opstelling

opstelling