Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. opveren:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opveren (Nederlands) in het Engels

opveren:

opveren werkwoord (veer op, veert op, veerde op, veerden op, opgeveerd)

  1. opveren (veren)
    to spring; to bounce; to be elastic
    • spring werkwoord (springs, sprang, springing)
    • bounce werkwoord (bounces, bounced, bouncing)
    • be elastic werkwoord (is elastic, being elastic)
  2. opveren
    leap up; to jump up
    • leap up werkwoord
    • jump up werkwoord (jumps up, jumped up, jumping up)

Conjugations for opveren:

o.t.t.
  1. veer op
  2. veert op
  3. veert op
  4. veren op
  5. veren op
  6. veren op
o.v.t.
  1. veerde op
  2. veerde op
  3. veerde op
  4. veerden op
  5. veerden op
  6. veerden op
v.t.t.
  1. ben opgeveerd
  2. bent opgeveerd
  3. is opgeveerd
  4. zijn opgeveerd
  5. zijn opgeveerd
  6. zijn opgeveerd
v.v.t.
  1. was opgeveerd
  2. was opgeveerd
  3. was opgeveerd
  4. waren opgeveerd
  5. waren opgeveerd
  6. waren opgeveerd
o.t.t.t.
  1. zal opveren
  2. zult opveren
  3. zal opveren
  4. zullen opveren
  5. zullen opveren
  6. zullen opveren
o.v.t.t.
  1. zou opveren
  2. zou opveren
  3. zou opveren
  4. zouden opveren
  5. zouden opveren
  6. zouden opveren
diversen
  1. veer op!
  2. veert op!
  3. opgeveerd
  4. opverend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor opveren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spring bron; lente; lentetijd; rivierbron; voorjaar; voorjaarstijd
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
be elastic opveren; veren
bounce opveren; veren butsen; kaatsen
jump up opveren opspringen; springen
leap up opveren opspringen; springen
spring opveren; veren kiemen; ontkiemen; uit de kiem te voorschijn komen