Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. pantalons:
  2. pantalon:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pantalons (Nederlands) in het Engels

pantalons:

pantalons [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de pantalons (broeken)
    the trousers; the slacks
    • trousers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • slacks [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pantalons:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
slacks broeken; pantalons broek; lange broek; pantalon
trousers broeken; pantalons broek; lange broek; pantalon

Verwante woorden van "pantalons":


pantalon:

pantalon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pantalon (broek; lange broek)
    the trousers; the pants; the slacks
    • trousers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pants [the ~] zelfstandig naamwoord
    • slacks [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pantalon:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pants broek; lange broek; pantalon
slacks broek; lange broek; pantalon broeken; pantalons
trousers broek; lange broek; pantalon broeken; pantalons

Verwante woorden van "pantalon":


Verwante definities voor "pantalon":

  1. lange broek1
    • je pantalon is naar de stomerij1

Wiktionary: pantalon

pantalon
noun
  1. kleding|nld een lange broek

Cross Translation:
FromToVia
pantalon pants; trousers pantalon — vête|fr long culotte qui descendre jusque sur le cou-de-pied.