Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. rechtsbevoegdheid:
  2. rechtsbevoegd:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rechtsbevoegdheid (Nederlands) in het Engels

rechtsbevoegdheid:

rechtsbevoegdheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de rechtsbevoegdheid (jurisdictie)
    the jurisdiction; the capacity of rights; the jurisprudence; the administration of justice
  2. de rechtsbevoegdheid

Vertaal Matrix voor rechtsbevoegdheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
administration of justice jurisdictie; rechtsbevoegdheid jurisprudentie; recht; rechtspleging; rechtspraak
capacity of rights jurisdictie; rechtsbevoegdheid
jurisdiction jurisdictie; rechtsbevoegdheid arrondissement; departement; jurisdictie; jurisdictiebevoegdheid; jurisprudentie; recht; rechtsgebied; rechtspleging; rechtspraak
jurisprudence jurisdictie; rechtsbevoegdheid jurisprudentie; recht; rechtspleging; rechtspraak; rechtswetenschap
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
legal capacity rechtsbevoegdheid

Verwante woorden van "rechtsbevoegdheid":


rechtsbevoegd:

rechtsbevoegd bijvoeglijk naamwoord

  1. rechtsbevoegd
    competent

Vertaal Matrix voor rechtsbevoegd:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
competent rechtsbevoegd bekwaam; bevoegd; capabel; competent; deskundig; gediplomeerd; gekwalificeerd; geschikt; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig

Verwante woorden van "rechtsbevoegd":