Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. smalheid:
  2. smal:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor smalheid (Nederlands) in het Engels

smalheid:

smalheid [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. smalheid (nauwheid)
    the stringency; the tightness
  2. smalheid (engte; smalte)
    the tightness; the stringency; the narrowness

Vertaal Matrix voor smalheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
narrowness engte; smalheid; smalte beperktheid; eenzijdigheid
stringency engte; nauwheid; smalheid; smalte
tightness engte; nauwheid; smalheid; smalte beklemdheid; benauwdheid; concentratie; gebrek; gespannenheid; gevoel van beklemming; ingespannenheid; krapte; schaarsheid; schaarste; spanning; strakheid; tekort

Verwante woorden van "smalheid":


smalheid vorm van smal:

smal bijvoeglijk naamwoord

  1. smal (van geringe breedte; nauw; eng; smalletjes)
    narrow
    – limited in size or scope 1
    • narrow bijvoeglijk naamwoord
      • the narrow sense of a word1
    tight
    – closely constrained or constricted or constricting 1
    • tight bijvoeglijk naamwoord
      • tight skirts1
      • he hated tight starched collars1
      • fingers closed in a tight fist1
      • a tight feeling in his chest1
    small
    – limited in size or scope 1
    • small bijvoeglijk naamwoord
      • a small business1
    cramped
    – constricted in size 1
    • cramped bijvoeglijk naamwoord
      • cramped quarters1
      • trying to bring children up in cramped high-rise apartments1

Vertaal Matrix voor smal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
narrow engte; nauwte
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
narrow vernauwen; versmallen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cramped eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; kneuterig; krap
narrow eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte bekrompen; beperkt van geest
small eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte gering; in geringe mate; klein; luttel; miniem; minimaal; minste; ondermaats; van geringe afmeting; weinig
tight eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte
- nauw
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tight beschonken; bezopen; dicht op elkaar; dronken; ladderzat; nauw; nauwsluitend; strak; zat

Verwante woorden van "smal":


Synoniemen voor "smal":


Antoniemen van "smal":


Verwante definities voor "smal":

  1. met weinig ruimte van zijkant naar zijkant2
    • de steeg tussen het huis en de schuur is maar smal2

Wiktionary: smal

smal
adjective
  1. met een geringe breedte
smal
adjective
  1. having a small width

Cross Translation:
FromToVia
smal small; narrow schmal — wenig breit
smal narrow; closed; close étroit — Traductions à trier suivant le sens