Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. spaargeld:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spaargeld (Nederlands) in het Engels

spaargeld:

spaargeld [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het spaargeld (spaarcentjes; spaarpenningen)
    the savings
    • savings [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor spaargeld:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
savings spaarcentjes; spaargeld; spaarpenningen spaartegoed

Verwante woorden van "spaargeld":

  • spaargelden

Wiktionary: spaargeld

spaargeld
noun
  1. that which has been saved