Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. speelkwartier:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor speelkwartier (Nederlands) in het Engels

speelkwartier:

speelkwartier [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het speelkwartier
    the break; the playtime; the interval
    • break [the ~] zelfstandig naamwoord
    • playtime [the ~] zelfstandig naamwoord
    • interval [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor speelkwartier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
break speelkwartier breuk; fractuur; lunch; lunchpauze; lunchtijd; middagpauze; onderbreking; ontsnapping; ontvluchting; pauze; rust; rustpauze; rustpoos; rusttijd; schafttijd; schaftuur; tussenpoos; uitbraak; uitbreken; verpozing
interval speelkwartier interim; interval; onderbreking; pauze; rust; rustpauze; rustpoos; rusttijd; toonafstand; tussenpoos; tussentijd; verpozing
playtime speelkwartier speelduur; speeltijd; speeluur; tijd bestemd voor spelen; wedstrijdduur
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
break aan stukken breken; aan stukken slaan; breken; in stukken breken; ingooien; inslaan; kapot maken; kapotbreken; kapotgaan; kapotmaken; kapotslaan; knakken; licht worden; lichten; met opzet kapotmaken; moeren; mollen; onklaar raken; slechten; stukbreken; stukgaan; stukslaan; verbrijzelen; zich misdragen

Verwante woorden van "speelkwartier":

  • speelkwartieren