Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. tamboers:
  2. tamboer:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tamboers (Nederlands) in het Engels

tamboers:

tamboers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de tamboers
    the drummers
    • drummers [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tamboers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drummers tamboers

Verwante woorden van "tamboers":


tamboer:

tamboer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tamboer
    the drummer
    • drummer [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tamboer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drummer tamboer drummer; percussionist; slagwerker; trommelslager

Verwante woorden van "tamboer":

  • tamboeren, tamboers, tamboertje, tamboertjes

Wiktionary: tamboer

tamboer
noun
  1. trommelslager die de maat aangeeft bij het marcheren van soldaten