Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. tapen:
  2. tap:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tapen (Nederlands) in het Engels

tapen:

tapen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. tapen (opnemen; opname)
    the recording; the taping
    • recording [the ~] zelfstandig naamwoord
    • taping [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tapen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
recording opname; opnemen; tapen Opname; inschrijving; opname; registratie; vastlegging; voorbespeelde beeld- of geluidsdrager
taping opname; opnemen; tapen

Verwante woorden van "tapen":


tap:

tap [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tap (tapkast; bar; spon; )
    the liquor cabinet; the bar

Vertaal Matrix voor tap:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bar bar; buffet; drankbuffet; spon; tap; tapkast; toog bar; baton; café; coffeeshop; dwarsbalk; dwarshout; gelagkamer; hindernis; hinderpaal; kroeg; kruishout; lokaliteit; pastille; plak; reep; reep chocolade; ritshout; roadblock; spijl; staaf; staf; stang; stijl; stok; tablet; tapperij; taveerne; tralie; versperring
liquor cabinet bar; buffet; drankbuffet; spon; tap; tapkast; toog
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bar afgrendelen; afschermen; barricaderen; traliën; versperren

Verwante woorden van "tap":


Wiktionary: tap


Cross Translation:
FromToVia
tap tap HahnTechnik: eine mechanische Vorrichtung, mit der der Durchfluss von Flüssigkeiten oder Gasen gesteuert werden kann
tap electric plug bouchon — Traductions à trier suivant le sens
tap hub; pivot; spindle pivotsupport de l’axe autour duquel un corps tourner.
tap faucet; tap; spigot; stopcock robinet — Pièce servant à retenir un fluide.