Zwijnen in het Engels vertaald uit het Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

zwijnen:
- swines; dirty pigs; scoundrels; skunks; pack of knaves; nasty fellows
- be lucky; be in luck
zwijn:
- swine; pervert; skunk; dirty fellow; slob; obscene fellow; foul-mouthed fellow; wild boar
Wiktionary:
- zwijn → pig, hog, swine
- zwijn → carouser, guzzler, pork, swine, pig, hog

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zwijnen (Nederlands) in het Engels

zwijnen:

zwijnen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de zwijnen (viezeriken; varkens; smeerlappen; schoften)
the swines; the dirty pigs; the scoundrels; the skunks; the pack of knaves; the nasty fellows
- swines [the ~] zelfstandig naamwoord
- dirty pigs [the ~] zelfstandig naamwoord
- scoundrels [the ~] zelfstandig naamwoord
- skunks [the ~] zelfstandig naamwoord
- pack of knaves [the ~] zelfstandig naamwoord
- nasty fellows [the ~] zelfstandig naamwoord

zwijnen werkwoord

zwijnen (boffen; geluk hebben)
to be lucky; to be in luck
- be lucky werkwoord (is lucky, being lucky)
- be in luck werkwoord (is in luck, being in luck)

Vertaal Matrix voor zwijnen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dirty pigs	schoften; smeerlappen; varkens; viezeriken; zwijnen
nasty fellows	schoften; smeerlappen; varkens; viezeriken; zwijnen
pack of knaves	schoften; smeerlappen; varkens; viezeriken; zwijnen	boeven; rabauwen; schurken
scoundrels	schoften; smeerlappen; varkens; viezeriken; zwijnen	boefjes; boeven; deugnieten; gladakkers; guiten; rabauwen; rotzakken; schavuiten; schurken; smeerlappen
skunks	schoften; smeerlappen; varkens; viezeriken; zwijnen	stinkerds; sujetten; viezerikken
swines	schoften; smeerlappen; varkens; viezeriken; zwijnen	biggen; viezerikken
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
be in luck	boffen; geluk hebben; zwijnen	boffen; het treffen; mazzel hebben
be lucky	boffen; geluk hebben; zwijnen	boffen; het treffen; mazzel hebben

Verwante woorden van "zwijnen":

zwijn

zwijn:

zwijn [het ~] zelfstandig naamwoord

het zwijn (viezerik; smeerlap)
the swine; the pervert; the skunk; the dirty fellow; the slob
- swine [the ~] zelfstandig naamwoord
- pervert [the ~] zelfstandig naamwoord
- skunk [the ~] zelfstandig naamwoord
- dirty fellow [the ~] zelfstandig naamwoord
- slob [the ~] zelfstandig naamwoord
het zwijn (vuilbek; varken)
the obscene fellow; the foul-mouthed fellow
- obscene fellow [the ~] zelfstandig naamwoord
- foul-mouthed fellow [the ~] zelfstandig naamwoord
het zwijn (wild varken)
the wild boar
- wild boar [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zwijn:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dirty fellow	smeerlap; viezerik; zwijn	smeerpijp; smeerpoets; viespoes
foul-mouthed fellow	varken; vuilbek; zwijn
obscene fellow	varken; vuilbek; zwijn
pervert	smeerlap; viezerik; zwijn	perverseling
skunk	smeerlap; viezerik; zwijn	fielt; mispunt; naarling; rotzak; schoft; smeerlap; smiecht; stinkdier; stinkerd
slob	smeerlap; viezerik; zwijn	hork; kinkel; lomperd; proleet; schooier; slodder; slodderkous; sloddervos; sloeber; slons; vlegel
swine	smeerlap; viezerik; zwijn	beer; hork; kinkel; lomperd; mannetjesvarken; proleet; varkens; vlegel
wild boar	wild varken; zwijn	ever; everzwijn
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
pervert		corrumperen; perverteren; verderven

Verwante woorden van "zwijn":

zwijnen

Wiktionary: zwijn

zwijn

noun

een varken
- zwijn → pig; hog; swine

zwijn

noun

mammal of genus Sus
- pig → zwijn; varken
someone who overeats or eats rapidly
- pig → varken; zwijn; slokop
nasty or disgusting person
- pig → zwijn; smeerlap

Cross Translation:

From	To	Via
• zwijn	→ carouser; guzzler	↔ bambocheur — (vieilli) désuet\|fr marionnettiste.
• zwijn	→ pork; swine	↔ cochon — Mammifère domestique
• zwijn	→ pig; hog; swine	↔ porc — Animal

Remove Ads

Vertaal zwijnen van Nederlands naar Engels

Uitgebreide vertaling voor zwijnen (Nederlands) in het Engels

zwijnen:

zwijnen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de zwijnen (viezeriken; varkens; smeerlappen; schoften)

zwijnen werkwoord

zwijnen (boffen; geluk hebben)

Vertaal Matrix voor zwijnen:

Verwante woorden van "zwijnen":

zwijn:

zwijn [het ~] zelfstandig naamwoord

het zwijn (viezerik; smeerlap)

het zwijn (vuilbek; varken)

het zwijn (wild varken)

Vertaal Matrix voor zwijn:

Verwante woorden van "zwijn":

Wiktionary: zwijn