Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. verzinken:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verzinken (Nederlands) in het Spaans

verzinken:

verzinken werkwoord (verzink, verzinkt, verzonk, verzonken, verzonken)

  1. verzinken (galvaniseren)

Conjugations for verzinken:

o.t.t.
  1. verzink
  2. verzinkt
  3. verzinkt
  4. verzinken
  5. verzinken
  6. verzinken
o.v.t.
  1. verzonk
  2. verzonk
  3. verzonk
  4. verzonken
  5. verzonken
  6. verzonken
v.t.t.
  1. ben verzonken
  2. bent verzonken
  3. is verzonken
  4. zijn verzonken
  5. zijn verzonken
  6. zijn verzonken
v.v.t.
  1. was verzonken
  2. was verzonken
  3. was verzonken
  4. waren verzonken
  5. waren verzonken
  6. waren verzonken
o.t.t.t.
  1. zal verzinken
  2. zult verzinken
  3. zal verzinken
  4. zullen verzinken
  5. zullen verzinken
  6. zullen verzinken
o.v.t.t.
  1. zou verzinken
  2. zou verzinken
  3. zou verzinken
  4. zouden verzinken
  5. zouden verzinken
  6. zouden verzinken
diversen
  1. verzink!
  2. verzinkt!
  3. verzonken
  4. verzinkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

verzinken [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. verzinken (verzinking; galvanisering)
    el galvanizado; la galvanización

Vertaal Matrix voor verzinken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
galvanización galvanisering; verzinken; verzinking
galvanizado galvanisering; verzinken; verzinking
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
galvanizar galvaniseren; verzinken galvaniseren

Wiktionary: verzinken

verzinken
verb
  1. diep in gedachten zijn
  2. iets in een materiaal doen zinken
  3. met een laag zink afdekken

Cross Translation:
FromToVia
verzinken galvanizar galvanize — To coat with rust-resistant zinc
verzinken galvanizar galvanize — To coat with a thin layer of metal by electrochemical means