Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. acclimatiseren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor acclimatiseren (Nederlands) in het Spaans

acclimatiseren:

acclimatiseren [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. acclimatiseren
    la aclimatación

acclimatiseren werkwoord (acclimatiseer, acclimatiseert, acclimatiseerde, acclimatiseerden, geacclimatiseerd)

  1. acclimatiseren (wennen)

Conjugations for acclimatiseren:

o.t.t.
  1. acclimatiseer
  2. acclimatiseert
  3. acclimatiseert
  4. acclimatiseren
  5. acclimatiseren
  6. acclimatiseren
o.v.t.
  1. acclimatiseerde
  2. acclimatiseerde
  3. acclimatiseerde
  4. acclimatiseerden
  5. acclimatiseerden
  6. acclimatiseerden
v.t.t.
  1. ben geacclimatiseerd
  2. bent geacclimatiseerd
  3. is geacclimatiseerd
  4. zijn geacclimatiseerd
  5. zijn geacclimatiseerd
  6. zijn geacclimatiseerd
v.v.t.
  1. was geacclimatiseerd
  2. was geacclimatiseerd
  3. was geacclimatiseerd
  4. waren geacclimatiseerd
  5. waren geacclimatiseerd
  6. waren geacclimatiseerd
o.t.t.t.
  1. zal acclimatiseren
  2. zult acclimatiseren
  3. zal acclimatiseren
  4. zullen acclimatiseren
  5. zullen acclimatiseren
  6. zullen acclimatiseren
o.v.t.t.
  1. zou acclimatiseren
  2. zou acclimatiseren
  3. zou acclimatiseren
  4. zouden acclimatiseren
  5. zouden acclimatiseren
  6. zouden acclimatiseren
diversen
  1. acclimatiseer!
  2. acclimatiseert!
  3. geacclimatiseerd
  4. acclimatiserende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor acclimatiseren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aclimatación acclimatiseren acclimatisatie; gewenning; inburgering
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aclimatarse acclimatiseren; wennen aanpassen; aanwennen; aarden; eigenmaken; gewend raken; gewendraken; inburgeren; leren; wennen
acostumbrar acclimatiseren; wennen aanpassen; aanwennen; aarden; een gewoonte worden; eigenmaken; erin passen; gewend raken; gewendraken; gewennen; inpassen; leren; wennen
acostumbrarse a acclimatiseren; wennen aanpassen; aanwennen; aarden; eigenmaken; erin passen; gewend raken; gewendraken; gewennen; inpassen; leren; wennen
adaptarse acclimatiseren; wennen aanpassen; aanwennen; aarden; eigenmaken; erin passen; gewend raken; gewendraken; gewennen; inpassen; leren; omschakelen; overschakelen; verbasteren; vervormen; wennen; zich aanpassen; zich schikken; zich voegen; zich voegen naar

Wiktionary: acclimatiseren

acclimatiseren
verb
  1. aan een andere omgeving wennen

Cross Translation:
FromToVia
acclimatiseren aclimatarse acclimatize — to get used to a new climate
acclimatiseren aclimatarse acclimatize — to make used to a new climate
acclimatiseren aclimatar acclimaterhabituer à un climat autre que celui du pays natal.