Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. afgeleefd:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor afgeleefd (Nederlands) in het Spaans

afgeleefd:

afgeleefd bijvoeglijk naamwoord

  1. afgeleefd (versleten; vervallen; oud; afgedragen; afgetrapt)
    gastado; desgastado

Vertaal Matrix voor afgeleefd:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
desgastado verlopen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
desgastado afgedragen; afgeleefd; afgetrapt; oud; versleten; vervallen afgesleten; bleek; doorgesleten; flauw; flets; sleets; uitgesleten; verschoten; verweerd
gastado afgedragen; afgeleefd; afgetrapt; oud; versleten; vervallen besteed; bleek; flauw; flets; gespendeerd; uitgegeven; uitgeleefd; verbruikt; verschoten; verteerd

Wiktionary: afgeleefd

afgeleefd
adjective
  1. oud en versleten