Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. blanco:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor blanco (Nederlands) in het Spaans

blanco:

blanco bijvoeglijk naamwoord

  1. blanco (onbeschreven; oningevuld)
    vacío; en blanco
  2. blanco
    blanco
    • blanco bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor blanco:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blanco doel; doelschijf; doelwit; mikpunt; schietschijf
vacío exodus; gaping; gebrek; hiaat; ledigheid; leegloop; leegte; luchtledige ruimte; manco; vacuüm; zwakheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blanco blanco blank; bleek; bleek van gelaatskleur; flauw; flets; loos; ongelakt; pips; verschoten; vrij; wit; wit van huidskleur; zonder taak
en blanco blanco; onbeschreven; oningevuld
vacío blanco; onbeschreven; oningevuld inhoudsloos; ledig; leeg; luchtledig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbewoond; onbezet; ongebruikt; ongeopend; vacuum; zonder inhoud