Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. enkelvoudig:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor enkelvoudig (Nederlands) in het Spaans

enkelvoudig:

enkelvoudig bijvoeglijk naamwoord

  1. enkelvoudig (enkel)
    solo; singular; sólo; único; únicamente

Vertaal Matrix voor enkelvoudig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
singular enkelvoud
solo alleenzang; solo; solodeel; solopartij; solospel; solozang
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
singular enkel; enkelvoudig afzonderlijk; alleenstaand; apart; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; gescheiden; karakteristiek; kenmerkend; losstaand; merkwaardig; niet gewend; ongemeen; ongewoon; op zich; op zichzelf staand; separaat; tekenend; typerend; typisch; uitzonderlijke; vreemd; vrijstaand; zonderling
solo enkel; enkelvoudig afzonderlijk; alleenstaand; apart; een; eentje; gescheiden; losstaand; onafhankelijk; op zich; op zichzelf; op zichzelf staand; separaat; single; vereenzaamd; vrijstaand
sólo enkel; enkelvoudig afgezonderd; alleen maar; desolaat; eenzaam; enkel; louter; nog maar; slechts; vereenzaamd; verlaten
únicamente enkel; enkelvoudig alleen maar; enkel; louter; slechts
único enkel; enkelvoudig apart; bijzonder; enig; enig in zijn soort; onvergelijkbaar; onvergelijkelijk; uniek

Verwante woorden van "enkelvoudig":

  • enkelvoudige

Wiktionary: enkelvoudig


Cross Translation:
FromToVia
enkelvoudig singular singular — grammar: referring to only one thing
enkelvoudig puro; mero pur — Qui est sans mélange.