Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. gestanst:
  2. stansen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gestanst (Nederlands) in het Spaans

gestanst:

gestanst bijvoeglijk naamwoord

  1. gestanst (geponst)
    taladrado; estampado

Vertaal Matrix voor gestanst:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
estampado belettering; opdruk; overdruk
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
estampado geponst; gestanst bedrukt; gedrukt; met een opdruk
taladrado geponst; gestanst

stansen:

stansen werkwoord (stans, stanst, stanste, stansten, gestanst)

  1. stansen (ponsen; doorponsen)
    perforar; taladrar; remachar

Conjugations for stansen:

o.t.t.
  1. stans
  2. stanst
  3. stanst
  4. stansen
  5. stansen
  6. stansen
o.v.t.
  1. stanste
  2. stanste
  3. stanste
  4. stansten
  5. stansten
  6. stansten
v.t.t.
  1. heb gestanst
  2. hebt gestanst
  3. heeft gestanst
  4. hebben gestanst
  5. hebben gestanst
  6. hebben gestanst
v.v.t.
  1. had gestanst
  2. had gestanst
  3. had gestanst
  4. hadden gestanst
  5. hadden gestanst
  6. hadden gestanst
o.t.t.t.
  1. zal stansen
  2. zult stansen
  3. zal stansen
  4. zullen stansen
  5. zullen stansen
  6. zullen stansen
o.v.t.t.
  1. zou stansen
  2. zou stansen
  3. zou stansen
  4. zouden stansen
  5. zouden stansen
  6. zouden stansen
en verder
  1. ben gestanst
  2. bent gestanst
  3. is gestanst
  4. zijn gestanst
  5. zijn gestanst
  6. zijn gestanst
diversen
  1. stans!
  2. stanst!
  3. gestanst
  4. stansend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor stansen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
perforar doorponsen; ponsen; stansen doorboren; doordringen; doorsteken; erdoor steken; gaatjes maken in; penetreren; perforeren
remachar doorponsen; ponsen; stansen heien; klampen; kletteren; rammelen
taladrar doorponsen; ponsen; stansen doorprikken; openprikken; opensteken; pinnen; spelden; uitboren