Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. griepen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor griepen (Nederlands) in het Spaans

griepen:

griepen werkwoord

  1. griepen (etteren; zeiken; klieren)
    chinchar; dar la tabarra; charlar; quejarse; cotorrear; parlotear

Vertaal Matrix voor griepen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chinchar gepest; geplaag; pesterij
cotorrear leuten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
charlar etteren; griepen; klieren; zeiken babbelen; bomen; chatten; communiceren; converseren; een boom opzetten; een conversatie hebben; ijlen; in contact staan; keuvelen; kletsen; kletspraat verkopen; kouten; kwebbelen; kwekken; leuteren; lullen; onzin uitkramen; onzin verkopen; praten; raaskallen; ratelen; spreken; wartaal spreken; zeveren; zwammen; zwetsen
chinchar etteren; griepen; klieren; zeiken een eed afleggen; inhaleren; over de longen roken; zemelen; zweren
cotorrear etteren; griepen; klieren; zeiken babbelen; belasteren; ijlen; kakelen; keuvelen; kletsen; kletspraat verkopen; kwaadspreken; kwaken; kwebbelen; kwetteren; lasteren; leuteren; lullen; onzin uitkramen; onzin verkopen; raaskallen; ratelen; roddelen; ruisen; snateren; wartaal spreken; zacht ruisen; zeveren; zwammen; zwetsen
dar la tabarra etteren; griepen; klieren; zeiken emmeren; klagen; zemelen; zeuren
parlotear etteren; griepen; klieren; zeiken babbelen; ijlen; kakelen; keuvelen; klappen; kletsen; kletspraat verkopen; kwebbelen; kwekken; kwetteren; leuteren; lullen; onzin uitkramen; onzin verkopen; praten; raaskallen; ratelen; snateren; spreken; wartaal spreken; wauwelen; zeveren; zwammen; zwetsen
quejarse etteren; griepen; klieren; zeiken emmeren; jammeren; jeremiëren; klagen; misnoegen uiten; over iets mopperen; weeklagen; zich beklagen