Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hoger (Nederlands) in het Spaans
hoger:
-
hoger (groter; hogere)
más grande; mayor; mas alto; superior-
más grande bijvoeglijk naamwoord
-
mayor bijvoeglijk naamwoord
-
mas alto bijvoeglijk naamwoord
-
superior bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor hoger:
| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| mayor | majoor; nestor; oudste; oudste van een groep personen; senior | |
| superior | baas; chef; hoofd; meerdere; superieur; voorman; werkbaas | |
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| mas alto | groter; hoger; hogere | |
| mayor | groter; hoger; hogere | aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; enorm; flink; fors; groot; grootste; grotere; heel erg; in zeer hoge mate; ouder; oudere; reuze; uit de kluiten gewassen |
| más grande | groter; hoger; hogere | grootste |
| superior | groter; hoger; hogere | bijzonder; bovenst; bovenste; buitengemeen; buitengewoon; buitensporig; excessief; extreem; heel erg; hogelijk; hoog geplaatst; hoogste; magistraal; meesterlijk; opperst; opperste; superieur; ten zeerste; uitermate; uiterst; voornaamst; zeer |