Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. in stukken hakken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor in stukken hakken (Nederlands) in het Spaans

in stukken hakken:

in stukken hakken werkwoord (hak in stukken, hakt in stukken, hakte in stukken, hakten in stukken, in stukken gehakt)

  1. in stukken hakken (hakken)

Conjugations for in stukken hakken:

o.t.t.
  1. hak in stukken
  2. hakt in stukken
  3. hakt in stukken
  4. hakken in stukken
  5. hakken in stukken
  6. hakken in stukken
o.v.t.
  1. hakte in stukken
  2. hakte in stukken
  3. hakte in stukken
  4. hakten in stukken
  5. hakten in stukken
  6. hakten in stukken
v.t.t.
  1. heb in stukken gehakt
  2. hebt in stukken gehakt
  3. heeft in stukken gehakt
  4. hebben in stukken gehakt
  5. hebben in stukken gehakt
  6. hebben in stukken gehakt
v.v.t.
  1. had in stukken gehakt
  2. had in stukken gehakt
  3. had in stukken gehakt
  4. hadden in stukken gehakt
  5. hadden in stukken gehakt
  6. hadden in stukken gehakt
o.t.t.t.
  1. zal in stukken hakken
  2. zult in stukken hakken
  3. zal in stukken hakken
  4. zullen in stukken hakken
  5. zullen in stukken hakken
  6. zullen in stukken hakken
o.v.t.t.
  1. zou in stukken hakken
  2. zou in stukken hakken
  3. zou in stukken hakken
  4. zouden in stukken hakken
  5. zouden in stukken hakken
  6. zouden in stukken hakken
en verder
  1. is in stukken gehakt
  2. zijn in stukken gehakt
diversen
  1. hak in stukken!
  2. hakt in stukken!
  3. in stukken gehakt
  4. in stukken hakkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor in stukken hakken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cortar afhakken; afhouwen; afknippen; afsnijden; kappen; omhakken; vellen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cortar hakken; in stukken hakken afbreken; afhakken; afhouwen; afkappen; afknippen; afknotten; afsluiten; afsnijden; bijknippen; coifferen; concluderen; couperen; creneleren; dichtdoen; doen ophouden; doorhakken; doorhouwen; doorklieven; doorknippen; doormidden hakken; doorsnijden; een beetje knippen; een gevolgtrekking maken; fijnhakken; grootspreken; hakken; in tweeën houwen; insnijden; kappen; kleinhakken; kleinmaken; klieven; kloven; knippen; kort knippen; kort maken; korten; lossnijden; omhouwen; onderbreken; opensnijden; opmaken uit; opscheppen; opsnijden; scheiden; snijden; snoeven; splitsen; uit elkaar halen; uiteenhalen; uitknippen; wegknippen; wegsnijden; wegsnoeien
cortar en pedazos hakken; in stukken hakken aan stukken snijden; grootspreken; kleinmaken; opscheppen; opsnijden; snoeven; stuk snijden; stuksnijden
despedazar hakken; in stukken hakken aan flarden scheuren; kapot scheuren; kleinmaken; uit elkaar rukken; uit elkaar trekken; uiteentrekken; verscheuren
hacer pedazos hakken; in stukken hakken aan flarden scheuren; aan stukken breken; aan stukken slaan; aantasten; aanvreten; bederven; beschadigen; breken; fijnmaken; grootspreken; in stukken breken; ingooien; inslaan; kapot scheuren; kapotbreken; kapotgooien; kapotslaan; kleinmaken; klieven; kloven; knakken; opscheppen; opsnijden; platdrukken; smashen; snoeven; splijten; splitsen; stukbreken; stukgooien; stukhakken; stukslaan; uiteensplijten; verbrijzelen; vergruizen; vermorzelen; verpletteren; verscheuren
separarse hakken; in stukken hakken afscheiden; afsplitsen; aftakken; afzonderen; scheiden; separeren; splitsen; uit elkaar gaan; uit elkaar halen; uit elkaar stuiven; uit elkaar vliegen; uiteengaan; uiteenhalen; uiteenstuiven; uiteenvliegen; van elkaar gaan; vertakken
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
cortar knippen

Verwante vertalingen van in stukken hakken