Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. intern:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor intern (Nederlands) in het Spaans

intern:

intern bijvoeglijk naamwoord

  1. intern (inwendig)
    interno; interior

Vertaal Matrix voor intern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
interior achterland; binnenkant; binnenland; binnenlanden; binnenste; binnenzijde; interieur; inwendige; middelste
interno bewoner; geïnterneerde; huisbewoner; inwoner
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
interno intern; inwendig binnen het bedrijf; geestelijk; innerlijk; inwendig; inwendige; inwonende; stagiair; van binnen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
interior intern; inwendig autochtoon; binnenste; geestelijk; inheems; inlands; innerlijk; inwendig; inwendige; van binnen

Wiktionary: intern

intern
adjective
  1. inwendig, binnen

Cross Translation:
FromToVia
intern pasante; practicante; [[persona en prácticas]]; interno intern — a student or recent graduate who works in order to gain experience in their chosen field
intern interior; interno interne — didactique|fr médecine|fr Qui est en dedans, qui appartenir au dedans.
intern interior; interno intérieur — Qui est au dedans ; qui est relatif au dedans.