Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. jawel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor jawel (Nederlands) in het Spaans

jawel:

jawel bijvoeglijk naamwoord

  1. jawel (inderdaad; jazeker)
    claro que sí; ; que sí
  2. jawel (wel)
    ya;
    • ya bijvoeglijk naamwoord
    • bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor jawel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jawoord
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
inderdaad; ja; zich; zichzelf
ya inderdaad; ja
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
claro que sí inderdaad; jawel; jazeker echt; heus; jazeker; voorwaar; waarlijk; welja; werkelijk; zeker
que sí inderdaad; jawel; jazeker voorwaar
inderdaad; jawel; jazeker; wel ja; voorwaar
ya jawel; wel al; alreeds; reeds; zover

Wiktionary: jawel


Cross Translation:
FromToVia
jawel claro; cierto jawohldrückt unbedingte Zustimmung aus
jawel yeah — yes
jawel por el contrario yes — word used to indicate disagreement or dissent in reply to a negative statement
jawel si si — Conjonction qui introduit une condition (suivie d’une conséquence) ou une supposition qui peut être supprimée en utilisant un conditionnel. Dans le cas où, à condition que, supposer que.