Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. karakteriseren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor karakteriseren (Nederlands) in het Spaans

karakteriseren:

karakteriseren werkwoord (karakteriseer, karakteriseert, karakteriseerde, karakteriseerden, gekarakteriseerd)

  1. karakteriseren (kenschetsen; kenmerken; typeren)
  2. karakteriseren (kenmerken; tekenen; typeren; kenschetsen)

Conjugations for karakteriseren:

o.t.t.
  1. karakteriseer
  2. karakteriseert
  3. karakteriseert
  4. karakteriseren
  5. karakteriseren
  6. karakteriseren
o.v.t.
  1. karakteriseerde
  2. karakteriseerde
  3. karakteriseerde
  4. karakteriseerden
  5. karakteriseerden
  6. karakteriseerden
v.t.t.
  1. heb gekarakteriseerd
  2. hebt gekarakteriseerd
  3. heeft gekarakteriseerd
  4. hebben gekarakteriseerd
  5. hebben gekarakteriseerd
  6. hebben gekarakteriseerd
v.v.t.
  1. had gekarakteriseerd
  2. had gekarakteriseerd
  3. had gekarakteriseerd
  4. hadden gekarakteriseerd
  5. hadden gekarakteriseerd
  6. hadden gekarakteriseerd
o.t.t.t.
  1. zal karakteriseren
  2. zult karakteriseren
  3. zal karakteriseren
  4. zullen karakteriseren
  5. zullen karakteriseren
  6. zullen karakteriseren
o.v.t.t.
  1. zou karakteriseren
  2. zou karakteriseren
  3. zou karakteriseren
  4. zouden karakteriseren
  5. zouden karakteriseren
  6. zouden karakteriseren
en verder
  1. ben gekarakteriseerd
  2. bent gekarakteriseerd
  3. is gekarakteriseerd
  4. zijn gekarakteriseerd
  5. zijn gekarakteriseerd
  6. zijn gekarakteriseerd
diversen
  1. karakteriseer!
  2. karakteriseert!
  3. gekarakteriseerd
  4. karakteriserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor karakteriseren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
caracterizar karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren aftekenen; contrasteren; paraferen; uitbeelden; uitdrukken; uitdrukking geven aan; uiten; uiting geven aan; verbeelden; verpersonificeren; vertolken; verwoorden
describir karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren afschilderen; bepalen; beschrijven; definiëren; doen lijken; omschrijven; schetsen; weergeven
distinguir karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren aankijken; aanschouwen; bekijken; bemerken; beseffen; differentiëren; doorzien; een ereteken geven; gadeslaan; gewaarworden; horen; inzien; kijken; merken; observeren; onderkennen; onderscheid maken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; realiseren; signaleren; staren; te zien krijgen; toeschouwen; turen; uit elkaar houden; uiteenhouden; van elkaar onderscheiden; voelen; waarnemen; zien
tipificar karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren

Wiktionary: karakteriseren

karakteriseren
verb
  1. (overgankelijk) kenmerken