Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. korter maken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor korter maken (Nederlands) in het Spaans

korter maken:

korter maken werkwoord

  1. korter maken (verkorten; inkorten)
    restringir; abreviar; acortar

korter maken [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. korter maken (inkorten; verkorten; bekorten)
    el abreviar

Vertaal Matrix voor korter maken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abreviar bekorten; inkorten; korter maken; verkorten afkorten
acortar afkorten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abreviar inkorten; korter maken; verkorten achteruitgaan; afkorten; afnemen; bekorten; declineren; inkorten; kort samenvatten; korten; lager maken; minder worden; recapituleren; samenvatten; verlagen
acortar inkorten; korter maken; verkorten bekorten; scheren
restringir inkorten; korter maken; verkorten afnemen; beperken; bijsluiten; bijvoegen; indammen; inkapselen; inkrimpen; inperken; insluiten; krimpen; limiteren; minder worden; slinken; toevoegen; verkleinen; verminderen

Verwante vertalingen van korter maken