Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. macht uitoefenen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor macht uitoefenen (Nederlands) in het Spaans

macht uitoefenen:

macht uitoefenen werkwoord (oefen macht uit, oefent macht uit, oefende macht uit, oefenden macht uit, macht uitgeoefend)

  1. macht uitoefenen (gezaghebben; overheersen; regeren; heersen)
    imperar; dominar; reinar; prevalecer; ejercer el poder; predominar

Conjugations for macht uitoefenen:

o.t.t.
  1. oefen macht uit
  2. oefent macht uit
  3. oefent macht uit
  4. oefenen macht uit
  5. oefenen macht uit
  6. oefenen macht uit
o.v.t.
  1. oefende macht uit
  2. oefende macht uit
  3. oefende macht uit
  4. oefenden macht uit
  5. oefenden macht uit
  6. oefenden macht uit
v.t.t.
  1. heb macht uitgeoefend
  2. hebt macht uitgeoefend
  3. heeft macht uitgeoefend
  4. hebben macht uitgeoefend
  5. hebben macht uitgeoefend
  6. hebben macht uitgeoefend
v.v.t.
  1. had macht uitgeoefend
  2. had macht uitgeoefend
  3. had macht uitgeoefend
  4. hadden macht uitgeoefend
  5. hadden macht uitgeoefend
  6. hadden macht uitgeoefend
o.t.t.t.
  1. zal macht uitoefenen
  2. zult macht uitoefenen
  3. zal macht uitoefenen
  4. zullen macht uitoefenen
  5. zullen macht uitoefenen
  6. zullen macht uitoefenen
o.v.t.t.
  1. zou macht uitoefenen
  2. zou macht uitoefenen
  3. zou macht uitoefenen
  4. zouden macht uitoefenen
  5. zouden macht uitoefenen
  6. zouden macht uitoefenen
diversen
  1. oefen macht uit!
  2. oefent macht uit!
  3. macht uitgeoefend
  4. macht uitoefenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor macht uitoefenen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dominar gezaghebben; heersen; macht uitoefenen; overheersen; regeren bedaren; bedwingen; beheersen; beteugelen; bijsluiten; bijvoegen; de overhand hebben; domineren; heerschappij voeren; heersen; heersen over; insluiten; intomen; leerstof beheersen; machtiger zijn; matigen; omvatten; onder de knie hebben; onderwerpen; overheersen; temmen; toevoegen; verderreiken
ejercer el poder gezaghebben; heersen; macht uitoefenen; overheersen; regeren
imperar gezaghebben; heersen; macht uitoefenen; overheersen; regeren beheersen; de overhand hebben; heersen; heersen over; machtiger zijn; onderwerpen; overheersen
predominar gezaghebben; heersen; macht uitoefenen; overheersen; regeren de overhand hebben; domineren; overheersen
prevalecer gezaghebben; heersen; macht uitoefenen; overheersen; regeren de overhand hebben; heersen
reinar gezaghebben; heersen; macht uitoefenen; overheersen; regeren beheersen; de overhand hebben; heerschappij voeren; heersen; heersen over; machtiger zijn; onderwerpen; overheersen

Verwante vertalingen van macht uitoefenen