Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. mekaar:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mekaar (Nederlands) in het Spaans

mekaar:

mekaar bijvoeglijk naamwoord

  1. mekaar (elkaar)
    mutuamente; recíprocamente

Vertaal Matrix voor mekaar:

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
nos elkaar; mekaar
se elkaar; mekaar elkaar; elkander; men; zich; zichzelf
unos a otros elkaar; mekaar elkaar; elkander
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mutuamente elkaar; mekaar uit elkaar; uit elkander; uiteen; uitelkaar; van elkaar; van elkander; vaneen
recíprocamente elkaar; mekaar uit elkaar; uit elkander; uiteen; uitelkaar; van elkaar; van elkander; vaneen
se hen; hun