Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. omdoen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor omdoen (Nederlands) in het Spaans

omdoen:

omdoen werkwoord (doe om, doet om, deed om, deden om, omgedaan)

  1. omdoen
    ponerse

Conjugations for omdoen:

o.t.t.
  1. doe om
  2. doet om
  3. doet om
  4. doen om
  5. doen om
  6. doen om
o.v.t.
  1. deed om
  2. deed om
  3. deed om
  4. deden om
  5. deden om
  6. deden om
v.t.t.
  1. heb omgedaan
  2. hebt omgedaan
  3. heeft omgedaan
  4. hebben omgedaan
  5. hebben omgedaan
  6. hebben omgedaan
v.v.t.
  1. had omgedaan
  2. had omgedaan
  3. had omgedaan
  4. hadden omgedaan
  5. hadden omgedaan
  6. hadden omgedaan
o.t.t.t.
  1. zal omdoen
  2. zult omdoen
  3. zal omdoen
  4. zullen omdoen
  5. zullen omdoen
  6. zullen omdoen
o.v.t.t.
  1. zou omdoen
  2. zou omdoen
  3. zou omdoen
  4. zouden omdoen
  5. zouden omdoen
  6. zouden omdoen
diversen
  1. doe om!
  2. doet om!
  3. omgedaan
  4. omdoend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor omdoen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ponerse omdoen aandoen; aankleden; aantrekken; doorleven; doorstaan; om het lijf slaan; omslaan; ontspinnen; ontstaan; oprijzen; rijzen; verdragen; verduren; verteren; voorbinden; voordoen; voortkomen; worden

Verwante vertalingen van omdoen