Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. ontbijt:
  2. ontbijten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ontbijt (Nederlands) in het Spaans

ontbijt:

ontbijt [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het ontbijt
    el desayuno

Vertaal Matrix voor ontbijt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
desayuno ontbijt

Verwante woorden van "ontbijt":


Verwante definities voor "ontbijt":

  1. maaltijd die je 's morgens gebruikt1
    • het ontbijt is bij ons altijd om acht uur1

Wiktionary: ontbijt

ontbijt
noun
  1. eerste maaltijd van de dag

Cross Translation:
FromToVia
ontbijt desayuno breakfast — first meal of the day
ontbijt desayuno FrühstückMahlzeit, die man am Morgen als erstes zu sich nimmt
ontbijt desayuno petit déjeuner — Repas

ontbijten:

ontbijten werkwoord (ontbijt, ontbeet, ontbeten, ontbeten)

  1. ontbijten (ontbijt eten)
    desayunar

Conjugations for ontbijten:

o.t.t.
  1. ontbijt
  2. ontbijt
  3. ontbijt
  4. ontbijten
  5. ontbijten
  6. ontbijten
o.v.t.
  1. ontbeet
  2. ontbeet
  3. ontbeet
  4. ontbeten
  5. ontbeten
  6. ontbeten
v.t.t.
  1. heb ontbeten
  2. hebt ontbeten
  3. heeft ontbeten
  4. hebben ontbeten
  5. hebben ontbeten
  6. hebben ontbeten
v.v.t.
  1. had ontbeten
  2. had ontbeten
  3. had ontbeten
  4. hadden ontbeten
  5. hadden ontbeten
  6. hadden ontbeten
o.t.t.t.
  1. zal ontbijten
  2. zult ontbijten
  3. zal ontbijten
  4. zullen ontbijten
  5. zullen ontbijten
  6. zullen ontbijten
o.v.t.t.
  1. zou ontbijten
  2. zou ontbijten
  3. zou ontbijten
  4. zouden ontbijten
  5. zouden ontbijten
  6. zouden ontbijten
diversen
  1. ontbijt!
  2. ontbijtt!
  3. ontbeten
  4. ontbijtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor ontbijten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
desayunar ontbijt eten; ontbijten

Verwante woorden van "ontbijten":


Wiktionary: ontbijten

ontbijten
verb
  1. de eerste maaltijd van de dag nuttigen

Cross Translation:
FromToVia
ontbijten desayunar ↔ break one's fast — archaic: to eat breakfast
ontbijten desayunar breakfast — to eat the morning meal
ontbijten desayunar frühstücken — ein Frühstück zu sich nehmen

Verwante vertalingen van ontbijt