Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. overkoken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor overkoken (Nederlands) in het Spaans

overkoken:

overkoken werkwoord (overkook, overkookt, overkookte, overkookten, overkookt)

  1. overkoken
    salirse

Conjugations for overkoken:

o.t.t.
  1. overkook
  2. overkookt
  3. overkookt
  4. overkoen
  5. overkoken
  6. overkoken
o.v.t.
  1. overkookte
  2. overkookte
  3. overkookte
  4. overkookten
  5. overkookten
  6. overkookten
v.t.t.
  1. ben overkookt
  2. bent overkookt
  3. is overkookt
  4. zijn overkookt
  5. zijn overkookt
  6. zijn overkookt
v.v.t.
  1. was overkookt
  2. was overkookt
  3. was overkookt
  4. waren overkookt
  5. waren overkookt
  6. waren overkookt
o.t.t.t.
  1. zal overkoken
  2. zult overkoken
  3. zal overkoken
  4. zullen overkoken
  5. zullen overkoken
  6. zullen overkoken
o.v.t.t.
  1. zou overkoken
  2. zou overkoken
  3. zou overkoken
  4. zouden overkoken
  5. zouden overkoken
  6. zouden overkoken
en verder
  1. heb overkookt
  2. hebt overkookt
  3. heeft overkookt
  4. hebben overkookt
  5. hebben overkookt
  6. hebben overkookt
diversen
  1. overkook!
  2. overkookt!
  3. overkookt
  4. overkokend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor overkoken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
salirse overkoken afdruipen; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; sijpelen; uitdruppelen