Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. prenten:
  2. prent:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor prenten (Nederlands) in het Spaans

prenten:

prenten werkwoord (prent, prentte, prentten, geprent)

  1. prenten
    imprimir; desenroscar; apagar; copiar; acabar en; desatornillar

Conjugations for prenten:

o.t.t.
  1. prent
  2. prent
  3. prent
  4. prenten
  5. prenten
  6. prenten
o.v.t.
  1. prentte
  2. prentte
  3. prentte
  4. prentten
  5. prentten
  6. prentten
v.t.t.
  1. heb geprent
  2. hebt geprent
  3. heeft geprent
  4. hebben geprent
  5. hebben geprent
  6. hebben geprent
v.v.t.
  1. had geprent
  2. had geprent
  3. had geprent
  4. hadden geprent
  5. hadden geprent
  6. hadden geprent
o.t.t.t.
  1. zal prenten
  2. zult prenten
  3. zal prenten
  4. zullen prenten
  5. zullen prenten
  6. zullen prenten
o.v.t.t.
  1. zou prenten
  2. zou prenten
  3. zou prenten
  4. zouden prenten
  5. zouden prenten
  6. zouden prenten
diversen
  1. prent!
  2. prent!
  3. geprent
  4. prentend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor prenten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
copiar afkijken; overkalken; overschrijven; overtrekken; spieken
imprimir afdrukken; drukken
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acabar en prenten uitdraaien op iets; uitlopen; uitpakken
apagar prenten afbakenen; afdempen; afdempen van geluid; afpalen; afsluiten; afzetten; begrenzen; blussen; doven; neppen; omlijnen; smoren; stilzetten; stoppen; tot stilstand brengen; uitademen; uitblazen; uitblussen; uitdoen; uitdoven; uitdraaien; uitdrukken; uitdrukking geven aan; uiten; uiting geven aan; vertolken; verwoorden
copiar prenten falsificeren; kopie trekken; kopiëren; met pen overtekenen; nabootsen; namaken; natekenen; naäpen; overschrijven; overtrekken; vervalsen
desatornillar prenten afschroeven; losdraaien; losschroeven; ontsluiten; opendraaien; openen; openschroeven
desenroscar prenten afschroeven; losdraaien; losschroeven; ontsluiten; opendraaien; openen
imprimir prenten boekdrukken; graveren; griffelen; griffen; met een stift inkrassen; printen

Verwante woorden van "prenten":


prent:

prent [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de prent (afbeelden; afbeelding; beeld; )
    el retrato; la representación; el pintado; el grabado

Vertaal Matrix voor prent:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grabado afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel album; beeld; beeldhouwwerk; elpee; foto; graveerwerk; graveren; gravering; gravure; illustratie; l.p.; langspeelplaat; lp; plaat; plaat in boek of tijdschrift; plaatje; sculptuur
pintado afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel
representación afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel agentschap; agentuur; fantasie; opbouwen; tonen; uiterlijk vertoon; verbeelding; vertegenwoordiging; voordoen
retrato afbeelden; afbeelding; beeld; portret; prent; scene; tafereel beeltenis; konterfeitsel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pintado geverfd

Verwante woorden van "prent":


Wiktionary: prent


Cross Translation:
FromToVia
prent imagen picture — representation of visible reality produced by drawing, etc
prent imagen imagereprésentation d’êtres ou d’objets par le dessin, la peinture, la sculpture, la gravure, la photographie, le cinéma, etc.