Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. smokkelen:
  2. smokkel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor smokkelen (Nederlands) in het Spaans

smokkelen:

smokkelen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. smokkelen (sluikhandel; smokkelarij; smokkelhandel)
    el contrabando

smokkelen werkwoord (smokkel, smokkelt, smokkelde, smokkelden, gesmokkeld)

  1. smokkelen

Conjugations for smokkelen:

o.t.t.
  1. smokkel
  2. smokkelt
  3. smokkelt
  4. smokkelen
  5. smokkelen
  6. smokkelen
o.v.t.
  1. smokkelde
  2. smokkelde
  3. smokkelde
  4. smokkelden
  5. smokkelden
  6. smokkelden
v.t.t.
  1. heb gesmokkeld
  2. hebt gesmokkeld
  3. heeft gesmokkeld
  4. hebben gesmokkeld
  5. hebben gesmokkeld
  6. hebben gesmokkeld
v.v.t.
  1. had gesmokkeld
  2. had gesmokkeld
  3. had gesmokkeld
  4. hadden gesmokkeld
  5. hadden gesmokkeld
  6. hadden gesmokkeld
o.t.t.t.
  1. zal smokkelen
  2. zult smokkelen
  3. zal smokkelen
  4. zullen smokkelen
  5. zullen smokkelen
  6. zullen smokkelen
o.v.t.t.
  1. zou smokkelen
  2. zou smokkelen
  3. zou smokkelen
  4. zouden smokkelen
  5. zouden smokkelen
  6. zouden smokkelen
en verder
  1. ben gesmokkeld
  2. bent gesmokkeld
  3. is gesmokkeld
  4. zijn gesmokkeld
  5. zijn gesmokkeld
  6. zijn gesmokkeld
diversen
  1. smokkel!
  2. smokkelt!
  3. gesmokkeld
  4. smokkelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor smokkelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contrabando sluikhandel; smokkelarij; smokkelen; smokkelhandel smokkel; smokkelwaar
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contrabandear smokkelen zwart verhandelen

Verwante woorden van "smokkelen":


Verwante definities voor "smokkelen":

  1. in het geheim naar een ander land vervoeren1
    • hij heeft wijn gesmokkeld uit Frankrijk1
  2. niet helemaal eerlijk werken1
    • de man smokkelt bij het afwegen van de pinda's1

Wiktionary: smokkelen

smokkelen
verb
  1. wederrechtelijk goederen over een grens brengen om heffingen te ontduiken

smokkel:

smokkel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de smokkel
    el contrabando

Vertaal Matrix voor smokkel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contrabando smokkel sluikhandel; smokkelarij; smokkelen; smokkelhandel; smokkelwaar

Verwante woorden van "smokkel":


Wiktionary: smokkel


Cross Translation:
FromToVia
smokkel contrabando smuggling — an act of smuggling