Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. stip:
  2. stippen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stip (Nederlands) in het Spaans

stip:

stip [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de stip (vlek; nop; spat; )
    la mancha; la salpicadura

Vertaal Matrix voor stip:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mancha moesje; nop; spat; spatje; stip; stipje; stippel; vlek; vlekje blaam; buurtschap; gat; gehucht; harde slag; klap; kledder; klodder; klont; klonter; kwak; lik; schar; smet; spat; spatter; vlek; zwabber
salpicadura moesje; nop; spat; spatje; stip; stipje; stippel; vlek; vlekje gespat; spat; spatter

Verwante woorden van "stip":


Wiktionary: stip


Cross Translation:
FromToVia
stip punto; tanto point — couture|fr action de piquer dans un tissu avec une aiguille enfiler ou résultat de cette action, piqûre.

stippen:

stippen werkwoord (stip, stipt, stipte, stipten, gestipt)

  1. stippen

Conjugations for stippen:

o.t.t.
  1. stip
  2. stipt
  3. stipt
  4. stippen
  5. stippen
  6. stippen
o.v.t.
  1. stipte
  2. stipte
  3. stipte
  4. stipten
  5. stipten
  6. stipten
v.t.t.
  1. heb gestipt
  2. hebt gestipt
  3. heeft gestipt
  4. hebben gestipt
  5. hebben gestipt
  6. hebben gestipt
v.v.t.
  1. had gestipt
  2. had gestipt
  3. had gestipt
  4. hadden gestipt
  5. hadden gestipt
  6. hadden gestipt
o.t.t.t.
  1. zal stippen
  2. zult stippen
  3. zal stippen
  4. zullen stippen
  5. zullen stippen
  6. zullen stippen
o.v.t.t.
  1. zou stippen
  2. zou stippen
  3. zou stippen
  4. zouden stippen
  5. zouden stippen
  6. zouden stippen
en verder
  1. ben gestipt
  2. bent gestipt
  3. is gestipt
  4. zijn gestipt
  5. zijn gestipt
  6. zijn gestipt
diversen
  1. stip !
  2. stipt !
  3. gestipt
  4. stippend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor stippen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
motear stippen bespikkelen; indopen; stippelen
puntear stippen bespikkelen; indopen; stippelen; tikken; tikken op; tokkelen
salpicar de puntos stippen bespikkelen; indopen; stippelen

Verwante woorden van "stippen":