Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stromen (Nederlands) in het Spaans

stromen:

stromen werkwoord (stroom, stroomt, stroomde, stroomden, gestroomd)

  1. stromen (lopen; vloeien)
    correr; fluir; verter

Conjugations for stromen:

o.t.t.
  1. stroom
  2. stroomt
  3. stroomt
  4. stromen
  5. stromen
  6. stromen
o.v.t.
  1. stroomde
  2. stroomde
  3. stroomde
  4. stroomden
  5. stroomden
  6. stroomden
v.t.t.
  1. heb gestroomd
  2. hebt gestroomd
  3. heeft gestroomd
  4. hebben gestroomd
  5. hebben gestroomd
  6. hebben gestroomd
v.v.t.
  1. had gestroomd
  2. had gestroomd
  3. had gestroomd
  4. hadden gestroomd
  5. hadden gestroomd
  6. hadden gestroomd
o.t.t.t.
  1. zal stromen
  2. zult stromen
  3. zal stromen
  4. zullen stromen
  5. zullen stromen
  6. zullen stromen
o.v.t.t.
  1. zou stromen
  2. zou stromen
  3. zou stromen
  4. zouden stromen
  5. zouden stromen
  6. zouden stromen
en verder
  1. ben gestroomd
  2. bent gestroomd
  3. is gestroomd
  4. zijn gestroomd
  5. zijn gestroomd
  6. zijn gestroomd
diversen
  1. stroom!
  2. stroomt!
  3. gestroomd
  4. stromend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

stromen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de stromen
    la corrientes; el flujos

Vertaal Matrix voor stromen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
correr hardlopen; hollen; rennen; snellen; zich snel voortbewegen
corrientes stromen winden
flujos stromen voortvloeien
verter inschenken; leeggieten; uitgieten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
correr lopen; stromen; vloeien aantrekken; afdruipen; dichttrekken; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; gaan; hardlopen; hardrijden; jachten; jakkeren; lopen; opdrijven; ophitsen; opjagen; rennen; reppen; sijpelen; sjezen; snel gaan; snellen; spoeden; stappen; uitdruppelen; vlieden; vluchten; voortjagen; wegdringen; wegdrukken; wegduwen; wegschuiven; wegvluchten; zich voortbewegen
fluir lopen; stromen; vloeien in stralen lopen; vlieden; vloeien; vluchten; wegvluchten
verter lopen; stromen; vloeien afdruipen; afscheiden; afvoeren; deponeren; doneren; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; geven; gieten op; gunnen; gunst verlenen; ingieten; leegstorten; lozen; neerleggen; opgieten; ruimen; schenken; sijpelen; uitdruppelen; uitscheiden; uitstoten; uitwerpen; vergieten

Verwante woorden van "stromen":


Verwante definities voor "stromen":

  1. in grote hoeveelheden voortbewegen1
    • het water stroomde door de rivier1

Wiktionary: stromen

stromen
verb
  1. voortbewegen van vloeistoffen

Cross Translation:
FromToVia
stromen fluir flow — to move as a fluid
stromen diluviar pour — to flow, pass or issue in or as a stream
stromen manar; chorrear couler — Traductions à trier suivant le sens

stromen vorm van stroom:

stroom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de stroom (elektriciteit)
    la electricidad
  2. de stroom (electrische stroom; energie)
    la energía; el corriente eléctrico
  3. de stroom (beek)
    el arroyo; el riachuezo
    • arroyo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • riachuezo [el ~] zelfstandig naamwoord
  4. de stroom (rivier)
    el río; la riada; el fluido
    • río [el ~] zelfstandig naamwoord
    • riada [la ~] zelfstandig naamwoord
    • fluido [el ~] zelfstandig naamwoord
  5. de stroom (stroomdimensielid)

Vertaal Matrix voor stroom:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arroyo beek; stroom
corriente eléctrico electrische stroom; energie; stroom
electricidad elektriciteit; stroom
energía electrische stroom; energie; stroom aandrift; capaciteit; daadkracht; daadkrachtigheid; doortastendheid; drift; dynamiek; energie; esprit; felheid; fiksheid; fut; hartstocht; invloed; kracht; krachtdadigheid; macht; momentum; passie; puf; sterkte; stuwkracht; vermogen; voortstuwing; voortvarendheid; vuur; werklust
fluido rivier; stroom het toestromen; het toevloeien; instroming; instroom; nat; nattigheid; toestroom; vloeistof; vocht; vochtigheid
flujo stroom; stroomdimensielid gegevensstroom; getij; getijde; hoogwater; tij; vloed
riachuezo beek; stroom
riada rivier; stroom het toestromen; het toevloeien; toestroom
río rivier; stroom
- spanning
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
miembro de dimensión de flujo stroom; stroomdimensielid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fluido stromend; vliedend; vloeiend; vlot

Verwante woorden van "stroom":


Synoniemen voor "stroom":


Verwante definities voor "stroom":

  1. elektrische kracht1
    • de wasmachine gebruikt veel stroom1
  2. rivier of beek1
    • ze sprongen over de stroom1
  3. voortbewegende hoeveelheid vloeistof1
    • de stroom van de rivier was erg krachtig1

Wiktionary: stroom

stroom
noun
  1. rivier, beek
  2. elektriciteit

Cross Translation:
FromToVia
stroom corriente current — part of a fluid that moves continuously in a certain direction
stroom corriente current — time rate of flow of electric charge
stroom electricidad electricity — form of energy
stroom flujo flow — the movement of a fluid
stroom corriente; electricidad power — electricity supply
stroom río river — large stream which drains a landmass
stroom río river — any large flow of a liquid
stroom corriente; flujo; arroyo stream — small river
stroom río Fluss — größeres, fließendes Gewässer
stroom corriente courant — Déplacement ordonné d’un fluide
stroom río fleuve — géographie|fr cours d’eau qui se jeter généralement dans la mer ou dans l’océan.
stroom torrente; raudal flotmasse liquide en mouvement. — usage Il est principalement d’usage au pluriel et il s’emploie quelquefois absolument pour désigner la mer, un fleuve, etc.
stroom río rivière — Cours d'eau

Verwante vertalingen van stromen