Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. terugvoeren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor terugvoeren (Nederlands) in het Spaans

terugvoeren:

terugvoeren werkwoord (voer terug, voert terug, voerde terug, voerden terug, teruggevoerd)

  1. terugvoeren (herleiden)
    convertir; reducir; atribuir a; reducir a

Conjugations for terugvoeren:

o.t.t.
  1. voer terug
  2. voert terug
  3. voert terug
  4. voeren terug
  5. voeren terug
  6. voeren terug
o.v.t.
  1. voerde terug
  2. voerde terug
  3. voerde terug
  4. voerden terug
  5. voerden terug
  6. voerden terug
v.t.t.
  1. heb teruggevoerd
  2. hebt teruggevoerd
  3. heeft teruggevoerd
  4. hebben teruggevoerd
  5. hebben teruggevoerd
  6. hebben teruggevoerd
v.v.t.
  1. had teruggevoerd
  2. had teruggevoerd
  3. had teruggevoerd
  4. hadden teruggevoerd
  5. hadden teruggevoerd
  6. hadden teruggevoerd
o.t.t.t.
  1. zal terugvoeren
  2. zult terugvoeren
  3. zal terugvoeren
  4. zullen terugvoeren
  5. zullen terugvoeren
  6. zullen terugvoeren
o.v.t.t.
  1. zou terugvoeren
  2. zou terugvoeren
  3. zou terugvoeren
  4. zouden terugvoeren
  5. zouden terugvoeren
  6. zouden terugvoeren
en verder
  1. ben teruggevoerd
  2. bent teruggevoerd
  3. is teruggevoerd
  4. zijn teruggevoerd
  5. zijn teruggevoerd
  6. zijn teruggevoerd
diversen
  1. voer terug!
  2. voert terug!
  3. teruggevoerd
  4. terugvoerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor terugvoeren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
atribuir a herleiden; terugvoeren
convertir herleiden; terugvoeren afwisselen; amenderen; bekeren; converteren; herzien; iets omdraaien; modificeren; ombouwen; omkeren; omrekenen; omwerken; omzetten; veranderen; verwisselen; wijzigen
reducir herleiden; terugvoeren achteruitgaan; afbreuk doen aan; afnemen; afprijzen; beknotten; benadelen; beperken; declineren; inkrimpen; inperken; kleiner maken; krimpen; minder maken; minder worden; minderen; minimaliseren; neerleggen; onderuit halen; reduceren; schaden; slinken; terugdraaien; terugdrijven; terugdringen; terugschroeven; verkleinen; verkorten; verlagen; verminderen
reducir a herleiden; terugvoeren

Wiktionary: terugvoeren


Cross Translation:
FromToVia
terugvoeren continuar reconduireTraductions à trier suivant le sens.