Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. thans:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor thans (Nederlands) in het Spaans

thans:

thans bijwoord

  1. thans
    ahora; actualmente; hoy en día; en este momento
  2. thans (momenteel; nu; op het moment)
    ahora
    • ahora bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor thans:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- tegenwoordig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- nu
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
actualmente thans hedendaags; huidig; momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig; van nu; van vandaag
ahora momenteel; nu; op het moment; thans direct; heden; momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig; zo; zo meteen
en este momento thans momenteel; nou; nu; op dit moment; op dit ogenblik; tegenwoordig
hoy en día thans eigentijds; hedendaags; hedendaagse; hedentendage; huidig; in deze dagen; in deze tijd; modern; momenteel; tegenwoordig; van nu; van vandaag; vandaag de dag

Synoniemen voor "thans":


Antoniemen van "thans":


Verwante definities voor "thans":

  1. in deze tijd1
    • thans is het tijd om maatregelen te nemen1

Wiktionary: thans

thans
adverb
  1. op het huidige tijdstip