Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toko (Nederlands) in het Spaans

toko:

toko [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de toko
    la tienda; el almacén; el comercio; el bazar; la tienda de productos indonesios; la tienda de comestibles; el almacén de comestibles; el negocio en el comercio

Vertaal Matrix voor toko:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
almacén toko bergen; berghok; berging; bergruimte; bewaren; goederenloods; goederenopslag; goederenopslagruimte; kluis; ligopslagplaats; magazijn; opslagruimte; provisiekamer; voorraadkamer; voorraadplaats; warenhuis
almacén de comestibles toko
bazar toko bazaar; fancyfair
comercio toko bedrijf; commercie; goederenhandel; handel; handelsverkeer; handelswaar; industrie; klandizie; kleine onderneming; koophandel; koopwaar; markt; negotie; nering; tak van nijverheid; waar; winkel; winkelbedrijf; winkelzaak; zaak
negocio en el comercio toko
tienda toko bedrijf; handel; kleine onderneming; kraampje; nering; tent; winkelbedrijf; zaak
tienda de comestibles toko
tienda de productos indonesios toko

Verwante woorden van "toko":

  • tokootje