Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. uitdeler:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitdeler (Nederlands) in het Spaans

uitdeler:

uitdeler [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. uitdeler
    el distribuidor; el repartidor

Vertaal Matrix voor uitdeler:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
distribuidor uitdeler besteller; bezorger; bode; distribuant; distributeur; koerier; rondbrenger; ronddeler; verleenster
repartidor uitdeler afgeefster; besteller; bezorger; bode; brievenbesteller; distribuant; distributeur; distributeuse; koerier; postbode; rondbrenger; uitreikster; verleenster; verspreidster