Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. vakgenoot:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vakgenoot (Nederlands) in het Spaans

vakgenoot:

vakgenoot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de vakgenoot (ambtgenoot; collega)
    el colega
    • colega [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vakgenoot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
colega ambtgenoot; collega; vakgenoot arbeider; arbeidskracht; confrater; genoot; gezel; gezellin; hartsvriendin; kameraadje; klerk; maatje; medewerker; medewerkster; partner; personeelslid; vriendin; werkkracht; werknemer