Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. verheimelijken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verheimelijken (Nederlands) in het Spaans

verheimelijken:

verheimelijken werkwoord (verheimelijk, verheimelijkt, verheimelijkte, verheimelijkten, verheimelijkt)

  1. verheimelijken (verbergen; achterhouden; verhullen; )
    esconder; ocultar; velar
  2. verheimelijken (verbergen; achterhouden; verstoppen; verduisteren; wegstoppen)
    esconder; ocultar; disimular

Conjugations for verheimelijken:

o.t.t.
  1. verheimelijk
  2. verheimelijkt
  3. verheimelijkt
  4. verheimelijken
  5. verheimelijken
  6. verheimelijken
o.v.t.
  1. verheimelijkte
  2. verheimelijkte
  3. verheimelijkte
  4. verheimelijkten
  5. verheimelijkten
  6. verheimelijkten
v.t.t.
  1. heb verheimelijkt
  2. hebt verheimelijkt
  3. heeft verheimelijkt
  4. hebben verheimelijkt
  5. hebben verheimelijkt
  6. hebben verheimelijkt
v.v.t.
  1. had verheimelijkt
  2. had verheimelijkt
  3. had verheimelijkt
  4. hadden verheimelijkt
  5. hadden verheimelijkt
  6. hadden verheimelijkt
o.t.t.t.
  1. zal verheimelijken
  2. zult verheimelijken
  3. zal verheimelijken
  4. zullen verheimelijken
  5. zullen verheimelijken
  6. zullen verheimelijken
o.v.t.t.
  1. zou verheimelijken
  2. zou verheimelijken
  3. zou verheimelijken
  4. zouden verheimelijken
  5. zouden verheimelijken
  6. zouden verheimelijken
diversen
  1. verheimelijk!
  2. verheimelijkt!
  3. verheimelijkt
  4. verheimelijkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verheimelijken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
disimular achterhouden; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verstoppen; wegstoppen achterhouden; achteroverdrukken; beschermen; bescherming bieden; beschutten; gappen; inpikken; jatten; ontveinzen; ontvreemden; pikken; stelen; verbloemen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken
esconder achterhouden; bemantelen; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; versluieren; verstoppen; wegstoppen bedekken; bemantelen; beschermen; bescherming bieden; beschutten; hullen; iemand van de plaats dringen; inhullen; maskeren; omhullen; verdringen; verhullen; verschuilen; versluieren; verstoppen; wegsteken; wegstoppen
ocultar achterhouden; bemantelen; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; versluieren; verstoppen; wegstoppen achterhouden; bedekken; bemantelen; halt houden; hullen; inhullen; maskeren; niet-beschikbaar maken; omhullen; ontveinzen; stoppen; verbergen; verhelen; verhullen; verkleden; vermommen; versluieren; verzwijgen
velar achterhouden; bemantelen; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; versluieren; verstoppen bedekken; bemantelen; camoufleren; hullen; in omgeving op laten gaan; inhullen; maskeren; omhullen; verhullen; versluieren