Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voortkomen (Nederlands) in het Spaans

voortkomen:

voortkomen werkwoord (kom voort, komt voort, kwam voort, kwamen voort, voortgekomen)

  1. voortkomen (ontstaan)
    empezar; formarse; originarse; surgir; hacerse; volverse; erguirse; ponerse; convertirse en
  2. voortkomen (afstammen; afkomstig zijn; stammen; ontspruiten; spruiten)

Conjugations for voortkomen:

o.t.t.
  1. kom voort
  2. komt voort
  3. komt voort
  4. komen voort
  5. komen voort
  6. komen voort
o.v.t.
  1. kwam voort
  2. kwam voort
  3. kwam voort
  4. kwamen voort
  5. kwamen voort
  6. kwamen voort
v.t.t.
  1. ben voortgekomen
  2. bent voortgekomen
  3. is voortgekomen
  4. zijn voortgekomen
  5. zijn voortgekomen
  6. zijn voortgekomen
v.v.t.
  1. was voortgekomen
  2. was voortgekomen
  3. was voortgekomen
  4. waren voortgekomen
  5. waren voortgekomen
  6. waren voortgekomen
o.t.t.t.
  1. zal voortkomen
  2. zult voortkomen
  3. zal voortkomen
  4. zullen voortkomen
  5. zullen voortkomen
  6. zullen voortkomen
o.v.t.t.
  1. zou voortkomen
  2. zou voortkomen
  3. zou voortkomen
  4. zouden voortkomen
  5. zouden voortkomen
  6. zouden voortkomen
diversen
  1. kom voort!
  2. komt voort!
  3. voortgekomen
  4. voortkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor voortkomen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
empezar aanheffen; aansnijden; entameren; inzetten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brotar afkomstig zijn; afstammen; ontspruiten; spruiten; stammen; voortkomen borrelen; conveniëren; deugen; geschikt zijn; omhoog schieten; op vuur pruttelen; opschieten; passen; passend zijn; pruttelen; smoren; stoffen; sudderen; uit de grond schieten; uit ei kruipen; uitkomen; wellen
convertirse en ontstaan; voortkomen afwisselen; evolueren; graven; herzien; in het leven roepen; maken; ontwikkelen; opdelven; opgraven; oprijzen; rijzen; scheppen; veranderen; verwisselen; wijzigen; worden
derivarse de afkomstig zijn; afstammen; ontspruiten; spruiten; stammen; voortkomen bewaarheid worden; blijken; uitkomen
descender de afkomstig zijn; afstammen; ontspruiten; spruiten; stammen; voortkomen spruiten; uitschieten; uitschieten plantkunde; voortspruiten
empezar ontstaan; voortkomen aanbinden; aanbreken; aangaan; aanknopen; aanvangen; beginnen; een begin nemen; inleiden; intreden; inzetten; ondernemen; op gang komen; openen; oprijzen; rijzen; starten; van start gaan
erguirse ontstaan; voortkomen ontspinnen; opdoemen; oprijzen; rijzen; verrijzen
formarse ontstaan; voortkomen oprijzen; rijzen
hacerse ontstaan; voortkomen oprijzen; rijzen; worden
originarse ontstaan; voortkomen
ponerse ontstaan; voortkomen aandoen; aankleden; aantrekken; doorleven; doorstaan; om het lijf slaan; omdoen; omslaan; ontspinnen; oprijzen; rijzen; verdragen; verduren; verteren; voorbinden; voordoen; worden
ser originario de afkomstig zijn; afstammen; ontspruiten; spruiten; stammen; voortkomen spruiten; uitschieten; uitschieten plantkunde; voortspruiten
surgir ontstaan; voortkomen aangroeien; aanwassen; aanwinnen; aanzwellen; boven water komen; bovenkomen; de hoogte ingaan; gedijen; groeien; groter worden; in de lucht omhoogstijgen; in het hoofd opkomen; invallen; naar binnen vallen; omhooggaan; omhoogkomen; opdiepen; opdoemen; opduiken; opkomen voor; oprijzen; opstijgen; opwellen; opzetten; rijzen; stijgen; toenemen; van de bodem ophalen; vermeerderen; verrijzen; weer verschijnen
volverse ontstaan; voortkomen afwenden; afwentelen; iets omdraaien; omkeren; oprijzen; rijzen; worden

Verwante definities voor "voortkomen":

  1. eruit ontstaan1
    • daar komt alleen ellende uit voort1

Wiktionary: voortkomen


Cross Translation:
FromToVia
voortkomen originarse originate — to take first existence, have origin
voortkomen proceder proceed — come forth as a source or origin
voortkomen resultar; salir; alcanzar; conseguir; lograr aboutirtoucher par un bout.
voortkomen originarse; proceder provenirprocéder, venir, dériver, résulter.
voortkomen seguirse; resultar résulter — S’ensuivre. — note Il s’emploie pour marquer les inductions, les conséquences qu’on tirer d’un discours, d’un raisonnement, d’un examen, d’une recherche, etc.

Verwante vertalingen van voortkomen