Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. vrijlopen:
  2. vrijloop:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vrijlopen (Nederlands) in het Spaans

vrijlopen:

vrijlopen werkwoord

  1. vrijlopen (leeglopen)

Vertaal Matrix voor vrijlopen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
andar libre leeglopen; vrijlopen loslopen
holgazanear leeglopen; vrijlopen aanklooien; dralen; drentelen; klooien; lanterfanten; lijntrekken; luieren; lummelen; nietsdoen; niksen; rondhangen; rotzooien; talmen; teuten; treuzelen

Verwante woorden van "vrijlopen":


vrijlopen vorm van vrijloop:

vrijloop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de vrijloop
    el piñón libre

Vertaal Matrix voor vrijloop:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
piñón libre vrijloop

Verwante woorden van "vrijloop":