Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verband (Nederlands) in het Frans

verband:

verband [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het verband (verbinding; relatie; link; )
    le lien; le rapport; la relation
    • lien [le ~] zelfstandig naamwoord
    • rapport [le ~] zelfstandig naamwoord
    • relation [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. het verband (onderling verband; link; relatie; )
    la relation; le lien; la liaison; le chaînon
    • relation [la ~] zelfstandig naamwoord
    • lien [le ~] zelfstandig naamwoord
    • liaison [la ~] zelfstandig naamwoord
    • chaînon [le ~] zelfstandig naamwoord
  3. het verband (zwachteling)
    la bande Velpeau; la bande; le pansement; le bandage
  4. het verband (samenhang; verbinding; correlatie; band; relatie)
    la connexion; la cohérence; le rapport; la liaison; l'affinité; la corrélation; le lien; la réciprocité; la cohésion; la parenté; la relation; l'interaction; la consistance; l'analogie
  5. het verband (verbandgaas)
    le bandage; la compresse de gaze; la gaze à pansements; le pansement

Vertaal Matrix voor verband:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
affinité band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding aanverwantschap; affiniteit
analogie band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding analogie; eenheid; eenvormigheid; evenbeeld; gelijkaardigheid; gelijksoortigheid; gelijkvormigheid; monotonie; soortgelijkheid; uniformiteit
bandage verband; verbandgaas; zwachteling haarband; haarlint; lint; windsel; zwachtel
bande verband; zwachteling accumulatie; band; band van bandrecorder; banderol; bende; clan; coterie; gelid; groep; groep jongeren; hoop; horde; kliek; koppel; lijn; linie; meute; onderonsje; paar; reepje; rij; samenscholing; slagzij; spoel; stel; stelletje; streep; strook; troep; volant
bande Velpeau verband; zwachteling zwachtel
chaînon connectie; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband kettingbout; schakel; schalm
cohérence band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding
cohésion band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding cohesie; hechtheid; soliditeit; stevigheid; vastheid
compresse de gaze verband; verbandgaas
connexion band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding aaneenkoppeling; aansluiting; communicatie; connectie; contact; koppeling; schakeling; verbinding
consistance band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding corpulentie; dikte; gezetheid; hechtheid; lijvigheid; onverbrekelijkheid; soliditeit; stevigheid; vastheid; zwaarlijvigheid
corrélation band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding correlatie; interactie; wisselwerking
gaze à pansements verband; verbandgaas
interaction band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding correlatie; interactie; wisselwerking
liaison band; connectie; correlatie; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband; verbinding OLE/DDE-koppeling; aaneenkoppeling; aaneenvoeging; aansluiting; affaire; afgesproken ontmoeting; afspraak; akkoord; avontuurtje; band; binding; bond; bondgenootschap; connectie; contact; federatie; gebondenheid; gegevensbinding; het gebonden zijn; koppelen; koppeling; liaison; liefdesbetrekking; liefdesrelatie; liga; pact; relatie; samenvoeging; slippertje; unie; verbinding; verbond; verdrag; verhouding; verkering
lien aansluiting; band; connectie; correlatie; liaison; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband; verbinding alliantie; bond; bondgenootschap; hyperlink; link; sluitband; verbond
pansement verband; verbandgaas; zwachteling wondverband
parenté band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding aanverwantschap; bloedverwant; familielid; relatie; stamverwantschap; verwantschap
rapport aansluiting; band; connectie; correlatie; liaison; link; relatie; samenhang; verband; verbinding aankondigen; akkoord; band; bekendmaken; bericht; binding; bond; bondgenootschap; federatie; gebondenheid; geschiedenis; het gebonden zijn; liaison; liefdesbetrekking; liefdesrelatie; liga; melden; notulen; ommegang; pact; rapport; referaat; relaas; relatie; reportage; unie; verbond; verdichtsel; verdrag; verhaal; verhaaltje; verhouding; verkering; verslag; vertelling; vertelsel; weergave
relation aansluiting; band; connectie; correlatie; liaison; link; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband; verbinding aansluiting; affaire; akkoord; avontuurtje; band; bekende; bekende persoon; binding; bond; bondgenootschap; connectie; contact; federatie; gebondenheid; het gebonden zijn; kennis; liaison; liefdesbetrekking; liefdesrelatie; liga; pact; relatie; slippertje; unie; verbinding; verbond; verdrag; verhouding; verkering; verwantschap
réciprocité band; correlatie; relatie; samenhang; verband; verbinding correlatie; interactie; wederkerigheid; wederzijdsheid; wisselwerking
- betrekking; relatie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
liaison koppelen
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
liaison koppelen

Synoniemen voor "verband":


Verwante definities voor "verband":

  1. waar het mee te maken heeft1
    • wat is het verband tussen huwelijk en geluk?1
  2. contact tussen personen, organisaties, landen1
    • dit is in Europees verband afgesproken1
  3. reep dunnen stof1
    • de verpleegster deed een verband om de gewonde arm1

Wiktionary: verband

verband
Cross Translation:
FromToVia
verband bandage; pansement; sparadrap bandage — medical binding
verband écharpe sling — bandage

verband vorm van verbannen:

verbannen werkwoord (verban, verbant, verbande, verbanden, verband)

  1. verbannen (uitbannen; verdrijven; bannen; )
    bannir; chasser; exiler; mettre au ban; expulser; exorciser
    • bannir werkwoord (bannis, bannit, bannissons, bannissez, )
    • chasser werkwoord (chasse, chasses, chassons, chassez, )
    • exiler werkwoord (exile, exiles, exilons, exilez, )
    • mettre au ban werkwoord
    • expulser werkwoord (expulse, expulses, expulsons, expulsez, )
    • exorciser werkwoord (exorcise, exorcises, exorcisons, exorcisez, )

Conjugations for verbannen:

o.t.t.
  1. verban
  2. verbant
  3. verbant
  4. verbannen
  5. verbannen
  6. verbannen
o.v.t.
  1. verbande
  2. verbande
  3. verbande
  4. verbanden
  5. verbanden
  6. verbanden
v.t.t.
  1. heb verband
  2. hebt verband
  3. heeft verband
  4. hebben verband
  5. hebben verband
  6. hebben verband
v.v.t.
  1. had verband
  2. had verband
  3. had verband
  4. hadden verband
  5. hadden verband
  6. hadden verband
o.t.t.t.
  1. zal verbannen
  2. zult verbannen
  3. zal verbannen
  4. zullen verbannen
  5. zullen verbannen
  6. zullen verbannen
o.v.t.t.
  1. zou verbannen
  2. zou verbannen
  3. zou verbannen
  4. zouden verbannen
  5. zouden verbannen
  6. zouden verbannen
diversen
  1. verban!
  2. verbant!
  3. verband
  4. verbannend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verbannen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bannir bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
chasser bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen afhouden; afnemen; afzonderen; buitensluiten; ecarteren; jachten; lichten; opdrijven; ophitsen; opjagen; uitdrijven; uitsluiten; verplaatsen; vervreemden; verwijderen; voortjagen; wegbrengen; wegdoen; weghalen; wegnemen; wegwerken; weren
exiler bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
exorciser bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
expulser bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen afnemen; afzonderen; deporteren; ecarteren; eraf schoppen; lichten; uitdrijven; uitgooien; uitwerpen; uitwijzen; uitzetten; verplaatsen; vervreemden; verwijderen; wegbrengen; wegdoen; weghalen; wegnemen; wegwerken
mettre au ban bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen

Wiktionary: verbannen

verbannen
verb
  1. condamner une personne à sortir d’un pays, à être chasser ou transporter hors d’un territoire, avec défense d’y rentrer.
  2. envoyer en exil.

Cross Translation:
FromToVia
verbannen bannir; exclure proscribe — banish or exclude
verbannen reléguer relegate — to exile

Verwante vertalingen van verband