Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. bascule:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bascule (Nederlands) in het Frans

bascule:

bascule [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bascule (weegschaal; balans; waag)
    la balance; le poids public

Vertaal Matrix voor bascule:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
balance balans; bascule; waag; weegschaal balans; evenwicht; harmonie; waag; weegbrug; weeghuis
poids public balans; bascule; waag; weegschaal waag; waaggebouw; weeghuis

Verwante woorden van "bascule":

  • bascules

Wiktionary: bascule

bascule
noun
  1. pièce de bois ou d’autre matière soutenir par le milieu de manière qu’en pesant sur l’un des bouts on fait lever l’autre.