Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bedrijvig (Nederlands) in het Frans

bedrijvig:

bedrijvig bijvoeglijk naamwoord

  1. bedrijvig (arbeidend; actief; werkzaam; )
    actif; travaillant; travailleur; labourieusement; activement
  2. bedrijvig (actief; bezig; druk)
    occupé; agissant; active; actif; travailleur; diligent; animé; activement; affairé; diligemment
  3. bedrijvig (nijver; actief; bezig)
    active; actif; diligent; diligemment; laborieux; activement; laborieuse; laborieusement

Vertaal Matrix voor bedrijvig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
actif actieve vorm; activum; bedrijvende vorm; boedel; huisraad; inboedel
travailleur arbeider; arbeidskracht; werker; werkkracht; werkman; werknemer
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
actif actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; bezig; druk; nijver; werkend; werkzaam actief; arbeidzaam; beweeglijk; daadkrachtig; dynamisch; energiek; levendig; noest; onrustig; roerig; snelwerkend; woelig
occupé actief; bedrijvig; bezig; druk bezet; gebonden; niet vrij; onledig; onledig houden met
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
active actief; bedrijvig; bezig; druk; nijver
activement actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; bezig; druk; nijver; werkend; werkzaam actief; beweeglijk; dynamisch; energiek; levendig
affairé actief; bedrijvig; bezig; druk onrustig; roerig; woelig
agissant actief; bedrijvig; bezig; druk beslist; doortastend; ferm; fungerend; handelend; kordaat; krachtdadig; krachtig
animé actief; bedrijvig; bezig; druk actief; bevlogen; beweeglijk; bezet; bezield; blij; blijgeestig; blijmoedig; dartel; druk; drukbezet; drukpratend; dynamisch; energiek; enthousiast; fideel; fleurig; geanimeerd; geestdriftig; geestig; jolig; kleurig; kwiek; lawaaierig; levendig; levenslustig; luid; luidruchtig; lustig; monter; onrustig; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; roerig; rumoerig; tierig; uitgelaten; vief; vol fut; vrolijk; wakker; welgemoed; woelig; zonnig
diligemment actief; bedrijvig; bezig; druk; nijver
diligent actief; bedrijvig; bezig; druk; nijver
laborieuse actief; bedrijvig; bezig; nijver moeizaam
laborieusement actief; bedrijvig; bezig; nijver moeizaam
laborieux actief; bedrijvig; bezig; nijver arbeidzaam; bedreven; moeizaam; noest; onvermoeibaar
labourieusement actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; bezig; werkend; werkzaam
travaillant actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; bezig; werkend; werkzaam hardwerkend
travailleur actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; bezig; druk; werkend; werkzaam arbeidzaam; noest

Verwante woorden van "bedrijvig":


Wiktionary: bedrijvig

bedrijvig
adjective
  1. tot hard werken geneigd
bedrijvig