Nederlands

Uitgebreide vertaling voor deugdzaamheid (Nederlands) in het Frans

deugdzaamheid:

deugdzaamheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de deugdzaamheid (degelijkheid; eerbaarheid; deugdelijkheid)
    l'honneur; la sagesse; la pudeur; la modestie; la vertu; la fiabilité; la validité; l'honnêteté; la solidité; la légitimité; la chasteté; la droiture; l'honorabilité; la pudicité; la qualités solides

Vertaal Matrix voor deugdzaamheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chasteté degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid kuisheid; onbevlektheid; onbezoedeldheid; onschuldigheid; reinheid; zedigheid
droiture degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid braafheid; eerlijkheid; getrouwheid; loyaliteit; oprechtheid; rechtschapenheid; trouw; trouwhartigheid
fiabilité degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid aannemelijkheid; betrouwbaarheid; degelijkheid; deugdelijkheid; gedegenheid; geloofwaardigheid; goede kwaliteit; plausibiliteit; soliditeit; stevigheid; waarschijnlijkheid
honneur degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid achten; buiging; eer; eerbaarheid; eerbetoon; eergevoel; ere; eren; fatsoen; fatsoenlijkheid; fierheid; fonkelen; fonkeling; gepastheid; glitter; keurigheid; kiesheid; lintje; netheid; schittering; sprankelen; trots
honnêteté degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid braafheid; directheid; eerlijkheid; getrouwheid; loyaliteit; onkreukbaarheid; openhartigheid; openheid; oprechtheid; rechtschapenheid; rondborstigheid; rondheid; trouw; trouwhartigheid
honorabilité degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid achtbaarheid; achtenswaardigheid
légitimité degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid authenticiteit; echtheid; geldigheid; gelding; legitimiteit; rechtmatigheid; rechtsgeldigheid; wettigheid
modestie degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid armzaligheid; bescheidenheid; dienst; eenvoud; gedienstige handeling; gedienstigheid; gematigdheid; ingetogenheid; karigheid; kuisheid; matigheid; onbevlektheid; onbezoedeldheid; onschuldigheid; poverheid; pretentieloosheid; reinheid; schamelheid; schraalheid; simpelheid; soberheid; stemmigheid; voorkomendheid; zedigheid
pudeur degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid
pudicité degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid schroomvalligheid
qualités solides degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid
sagesse degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid braafheid; wijsheid
solidité degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid betrouwbaarheid; dapperheid; degelijkheid; deugdelijkheid; dynamiek; energie; felheid; fermheid; fiksheid; gedegenheid; gehardheid; gestaaldheid; goede kwaliteit; hechtheid; koenheid; kracht; moed; onomstotelijkheid; onverbrekelijkheid; onversaagdheid; onwankelbaarheid; onwrikbaarheid; soliditeit; sterkte; stevigheid; stoerheid; vastheid
validité degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid geldigheid; geldigheidsduur; gelding; geldingsdrang; lichamelijke geschiktheid; termijn van geldigheid; validiteit
vertu degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eerbaarheid deugd

Verwante woorden van "deugdzaamheid":


Wiktionary: deugdzaamheid


Cross Translation:
FromToVia
deugdzaamheid vertu virtue — excellence in morals
deugdzaamheid vertu virtue — chastity and faithfulness

deugdzaam:

deugdzaam bijvoeglijk naamwoord

  1. deugdzaam (eerzaam; zedig)
    correct; décent; vertueux; convenable; convenablement; vertueusement; respectable; honnêtte
  2. deugdzaam (braaf; zoet; lief; voorbeeldig)
    sage; vertueux; honnête; bien; avec honnêteté; intègre; exemplaire; sagement

Vertaal Matrix voor deugdzaam:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bien activa; bezit; bezittingen; eigendom; goederen; have
exemplaire exemplaar; model; monster; proefje; proeve; specimen; staal; staaltje
sage denker; filosoof; wijsgeer
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
honnêtte deugdzaam; eerzaam; zedig
respectable deugdzaam; eerzaam; zedig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avec honnêteté braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet braafjes
bien braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet aanlokkelijk; aardig; akkoord; behoorlijk; behoorlijke; bevallig; erg; gekuist; gereinigd; heerlijk; hemels; in hoge mate; in orde; knap; kostelijk; lekker; leuk; lief; mee eens; mooi; netjes; overheerlijk; reuzelekker; schoon; smakelijk; sympathiek; verlokkend; verreweg; verrukkelijk; welgemaakt; zalig; zuiver
convenable deugdzaam; eerzaam; zedig aangenaam; aanzienlijk; aardig; adequaat; attent; behoorlijke; behulpzaam; beschaafd; betamelijk; billijk; decent; deftig; eerbaar; elegant; fatsoenlijk; fier; gepast; gepaste; geschikt; geschikte; geëigend; goedaardig; goedhartig; goedschiks; hebbelijk; hulpvaardig; indrukwekkend; juist; keurig; majestueus; manierlijk; naar behoren; netjes; nobel; ordentelijk; parmant; parmantig; passend; passende; plechtig; plechtstatig; plezierig; redelijk; redelijke; schappelijk; sierlijk; statig; tamelijke; tof; trots; voegzaam; voorkomend; vorstelijk; vriendelijk; welgemanierd; welgevoeglijk; welopgevoed; welvoeglijk; zachtaardig
convenablement deugdzaam; eerzaam; zedig aanzienlijk; betamelijk; billijk; decent; deftig; eerbaar; fatsoenlijk; fier; gepast; geschikt; gevoeglijk; geëigend; hebbelijk; indrukwekkend; keurig; majestueus; manierlijk; naar behoren; netjes; nobel; ordentelijk; parmant; parmantig; passend; plechtig; plechtstatig; redelijk; schappelijk; statig; trots; voegzaam; vorstelijk; welgevoeglijk; welvoeglijk
correct deugdzaam; eerzaam; zedig beschaafd; correct; decent; eerbaar; eerzaam; fatsoenlijk; foutloos; gepast; goed; hebbelijk; juist; juiste; keurig; kies; krek; loepzuiver; manierlijk; naar behoren; net; netjes; onberispelijk; onbesproken; ordentelijk; perfect; precies; respectabel; volmaakt; welgemanierd; welopgevoed; welvoeglijk
décent deugdzaam; eerzaam; zedig adequaat; beschaafd; decent; eerbaar; eerzaam; fatsoenlijk; gepast; geschikt; juist; keurig; kies; kuis; manierlijk; naar behoren; netjes; ordentelijk; passend; proper; respectabel; schoon; welgemanierd; welopgevoed; welvoeglijk; zedig; zindelijk
exemplaire braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet modelmatig; stichtelijk; verheffend; voorbeeldig
honnête braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; braaf; cru; decent; degelijk; deugdelijk; echt; eerbaar; eerlijk; fair; fatsoenlijk; fideel; gedegen; geschikt; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; kuis; manierlijk; menens; netjes; ongeveinsd; onomwonden; onverbloemd; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; plezierig; rechtdoorzee; rechtgeaard; rechtschapen; rechttoe rechtaan; rechtvaardig; rondborstig; ronduit; tof; trouwhartig; van goede hoedanigheid; voorkomend; vriendelijk; welvoeglijk; zachtaardig; zedig
intègre braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet braaf; cru; echt; eerlijk; fideel; integer; menens; onbedorven; onbesproken; onbevlekt; ongeveinsd; onkreukbaar; onomwonden; onschuldig; onverbloemd; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechtgeaard; rechtschapen; rechttoe rechtaan; rechtvaardig; rein; rondborstig; ronduit; trouwhartig; vlekkeloos
respectable aanmerkelijk; aanzienlijk; achtbaar; achtenswaardig; beduidend; befaamd; behoorlijk; beschaafd; eerbaar; eerbiedwaardig; eerbiedwekkend; eerzaam; enorm; fantastisch; fatsoenlijk; flink; formidabel; fors; geacht; geducht; geweldig; hebbelijk; hooggeplaatst; hooggezeten; in hoge mate; indrukwekkend; keurig; kies; netjes; prachtig; prominent; respectabel; vooraanstaand; vooraanstaande; welgemanierd; welopgevoed
sage braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet bedachtzaam; belezen; braaf; braafjes; correct; doordacht; eerlijk; erudiet; fideel; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; nadenkend; ontwikkeld; openhartig; oprecht; pienter; raadzaam; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig; rondborstig; trouwhartig; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zeer geleerd; zeer ontwikkeld; zinnig
sagement braaf; deugdzaam; lief; voorbeeldig; zoet bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; pienter; raadzaam; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
vertueusement deugdzaam; eerzaam; zedig decent; eerbaar; fatsoenlijk; manierlijk; netjes; welvoeglijk
vertueux braaf; deugdzaam; eerzaam; lief; voorbeeldig; zedig; zoet decent; eerbaar; eerlijk; fatsoenlijk; fideel; kuis; manierlijk; netjes; openhartig; oprecht; rondborstig; trouwhartig; welvoeglijk; zedig

Verwante woorden van "deugdzaam":